137
28 augustus 1975
Uiteraard is de insteHing georganiseerd overleg aan de orde qekomen.
Het college had die allerminst verqeten; het ging er alleen om op welk
moment een gesnrek kan plaats vinden met deze instellinq. Het college
meent dat de meest zinvolle overleqsituatie met het georganiseerd over-
leg zich voordoet op het moment wanneer we over de personele aspecten
gaan praten, dus over de nersonen, de functies, de invulling van de
stoelen. Het colleqe heeft ook uitdrukkelijk aan de vakbonden toeqezeqd,
dat zodra dit punt van de integratie aan de orde komt, het coHege nade-
re kontakten zal opnemen. Spreker krijgt echter de indruk dat men een
georganiseerd overleq zou wilien over de structuur zelf. Dat vindt hij
een wat moeiiijke zaak. Inderdaad is het aantal leden van de commissie
ad hoc uitgebreid besproken in de coördinatiecommissie. Na deze verga-
dering van de coördinatiecommissie heeft het college zich daarover am-
pel beraden, waarbij het van mening bleef dat de eerste gesprekken moe-
ten plaatsvinden in tegenwoordigheid van de commissie ad hoc van alle
zeven leden. Het colleqe meent dat een deel van de bezwaren, die er
natuurlijk wel zijn, teniet wordt gedaan als bij het uitnodigen van de
kandidaten tot dit gesprek, tevoren wordt kennis qegeven met wie ze in
eerste aanleg in kontakt komen, zodat het dan geen verrassing voor hen
kan geven als ze ontvangen worden door zeven mensen. Als de kandidaten
van tevoren weten wie de mensen zijn dan zal de psychologische drempel
die in de coördinatiecommissie is gesignaleerd, misschien niet geheel
maar dan toch voor een belangrijk deel .zijn weggenomen.
De voorzitter voegt daaraan toe dat het college meent dat elk lid
van de commissie ad hoc vanaf het eerste moment een groot belang heeft
bij het meewegen van de reacties van betrokkenen en uiteraard de op-
stelling naar aanleiding van de vragen die natuurlijk zullen worden ge-
steld en de vragen die een kandidaat zelf in dat gesprek naar voren kan
brengen. Het college vindt dat allemaal van een dermate samenhang, dat
het het een groot gemis voor de leden van de commissie ad hoc zou vin-
den als deze commi.-.sie qesplitst zou moeten worden, want het behoeft
qeen betoog dat, ook al zou het zeer konkreet worden overgebracht,
het overbrengen van een gesprek heel wat anders is dan het hebben van
een gesprek.
De heer Van der Hal deelt niet direct de bezorgdheid van de heer De
Ruiter dat met het aannemen van dit voorste! zonder meer tot in lengte
van jaren ook de structuur zou v/orden vastgelegd. Daarom is hij daar-
over dan ook niet yevallen. Uit de woorden van de wethouder zou men
kunnen opmaken dat voorlopig de model 1-structuur vastligt. Spreker
meent dat als alle medewerkers hun zienswijze naar voren kunnen bren-
gen, het callege haar stelling kan innemen. Er is echter éên belang-
hebbende, wiens naam spreker niet gehoord heeft en waarvan hij meent
dat die ook met het model te maken heeft, namelijk de nieuwe directeur.
Spreker meent dat het in de praktijk zö is dat ais men zich een doel
voor ogen stelt en dat nastreeft, maar waarbij blijkt dat dit door wel-
ke aspecten dan ook - dat zouden in dit deval personeie aspecten kunnen
zijn - niet realiseerbaar is, men dan een zodanige flexibiliteit moet
kunnen opbrenqen, dat er met man en macht gewerkt wordt aan een oplos-
sing van eventuele problemen en dat zou kunnen zijn, ook al begrijpt
spreker dat het uitgangspunt model 1 is, dat men misschien niet binn'en
jaren, maar op korte termijn tot de konklusie moet komen dat dit op
dit moment niet te realiseren is. Hij meent dat én het college én alle
betrokkenen dan zodanig flexibel zouden moeten zijn dat hier een oplos-