141
28 augustus 1975
tie als zodanig en voor de beslissinq ten aanzien van het krediet, de
procedure naar de mening van de raad, ook naar de meninq van de aanwezige
leden van de coördinatiecommissie, volledig de toets van nadere beoorde-
lina kan doorstaan.
Een tweede punt is, dat als men in de coördinatiecommissie meent dat voor
de verdere toekomst de fase van procedure opnieuw moet worden bezien,
naast het feit dat het georganisee'rde overleg nu dichterbij komt vanwege
de rechtspositionele aspecten die zich gaan aftekenen, er in feite van
een groot meningsverschil geen sprake is. Alleen vindt het college de
opbouw van de procedure zo belangrijk, die is zorgvuldig qeweest, niet
alleen in opzet maar ook in uitwerking, waarbij zowel de beleidskant
als de personele kant goed is ingewogen in de procedure zoals tot dus-
ver gevolgd. De structuur 1 of 2 is vanavond niet principieel aan de
orde.
De heer De Ruiter meent dat als de raad vanavond raoet oordeien over
de integratie van de bedrijven, de raadsieden en de raad alie aspecten
die erbij betrokken zijn moeten kunnen beoordeien. Ais de raadsleden een
advies heb'ben van een coördinatiecommissie, waar spreker zeif ook deei
van heeft uitqemaakt, dan is dat hoogstens één aspect van de zaak. Als
de wethouder weigert uit te spreken dat hiermee geen definitieve keuze
voor het model is gedaan, dan is het voor de raad niet mogeTijk een be-
slissing te nemen.
De voorzitter maakt hiertegen bezwaar. Als voorzitter van het college
spreekt hij ook namens het college. Mede namens de wethouders heeft spre-
ker nadrukkelijk nog eens de ountjes op de i gezet. Er is geen sprake van
dat in het colleqe vanavond al of niet twijfeT zou zijn gewekt dat via
een soort achterdeur toch voor een structuur zou worcen gekozen. Spreker
heeft nog eens uitdrukkelijk verklaard, omdat het misschien niet voldoen-
de accent zou krijgen, dat er vanavond geen beslissing wordt genomen over
structuur 1 of 2; het gaat om een principiële keuze voor de integratie.
De heer De Ruiter heeft dat zeer goed verstaan, hetgeen niet wegneemt
dat wat de voorzitter naar voren bracht in tegenspraak was met wat de
wethouder stelde, en daarom vraagt spreker opheTdering. Uit de woorden
van de wethouder bleek dat het coTlege heeft gekozen voor model 1.
Natuurlijk kan het zijn, door weTke omstandigheden ook, dat dat verder
wordt weggeschoven van de raad.
De voorzitter heeft uitdrukkelijk aangevuld - daar kon een misver-
stand inzitten, maar het is geen verschil van meninq binnen het coTTege -
dat het college als zodanig voor zich - maar er kunnen natuurlijk in de
toekomst argumenten worden aangedragen, ook door de coördinatiecommis-
sie, om het colleqe daar weer af te brengen - structuur 1 voorstaat.
Ook de coördinatiecommissie heeft het volle pond gekregen voor de keuze
van structuur 1. Het college staat vanavond dus uitdrukkeTijk structuur
1 voor en blijft dat voorstaan totdat - dat heeft de heer WiTlemse ook
toegezegd - nadere argumenten of bijvoorbeeld een personeelszaak als
die ingewogen wordt, tot een andere besTissing moet(en) gaan ieiden.
Echter thans kiest de raad voor het principe van de integratie.
Het gaat de heer De Ruiter erom dat bij de besluitvorming van het
college, die hem nu duidelijk wordt voorqeTegd, het advies van de com-
missie voor georqaniseerd overleg ontbreekt. Het enige wat hij vraagt
is op korte termijn de commissie georqaniseerd overleg bijeen te roe-
pen om over deze belangrijke zaak in het kader van deze integratie
haar oordeel te geven.
