133 28 augustus 1975
VI. Integratie bedrijf openbare werken en gas-, water- en elektrlci-
tei tsbedrijf(volgnr.80)
De voorzitter deelt mede dat de coördinatiecommissie bouw kantoor-
gebouw en onderzoek integratie bedrijf openbare werken en gas-, water-
en elektriciteitsbedrijven zich met het voorstel kan verenigen.
De heer Van der Wal brengt naar voren dat het voorstel dat thans
ter tafel ligt m teite uit een tweetaî deien bestaat. Enerzijds de
integratie van de bedrijven en anderzijds de selectieprocedure voor de
nieuwe directeur. Ten aanzien van de integratie meent spreker te mogen
spreken van een zeer gedeqen vooronderzoek ten aanzien van de wense-
lijkheid van de eerste fase, welke met inspraäk van alle partijen tot
stand is gekomen. De konklusie ligt thans voor ons, namelijk dat inte-
gratie, rekening houdend met alle voor- en nadelen, wenselijk is. Spre-
kers fraktie onderstreept dat.
Het doel dat bereikt kan worden is naar sprekers mening een aanrrterke-
lijk beter en doelmatiger overleg door een betere coördinatie tussen
alle afdelingen, waardoor een aanmerkelijk betere benutting van de aan-
wezige kapaciteit kan worden bereikt, hetgeen ongetwijfeld leidt tot
een betere werkmotivatie van alle medewerkers, een gezamenlijk gebruik
van de administratie waardoor efficiënter kan worden gewerkt, en naar
binnen zowel ais naar buiten een eenvormig beieid. Bij het nastreven
van deze doelen dienen de personeie aspekten van individueie medewer-
kers bijzondere aandacht te hebben. Het is naar sprekers mening verheu-
gend dat het voorstei stoelt op een meerderheid van de leden van de
werkgroep, welke alle medewerkers van de bedrijven zijn, zodat met
voortzetting van een goed overleg de individueîe belangen de aandacht
zuilen kunnen krijgen welke noodzakelijk is om deze operatie te iaten
slagen. Teneinde een maximale kans van siâgen te bereiken is het zijns
inziens noodzakelijk, zoals reeds in de coördinatiecommissie naar vo-
ren is gebracht, dat één lid van het college de integratie begeleidt
ter voorkoming van onnodige problemen. Niet alleen voor wat betreft de
integratie, maar ook voor wat betreft de verantwoordelijkheid welke
een nieuwe directeur dient te dragen, en welke hij aan het college
middels ëén lid dient te rapporteren.
Sprekers fraktie stelt dan ook ten aanzien van de begeleiding van de
integratie voor deze in handen te geven van éën wethouder, ofwei één
portefeuille technische diensten te creëren, dan wel een projecthou-
der uitsluitend met de integratie te belasten. In verband hiermede zal
spreker het op prijs stellen van het college te vernemen of deze de
visie van zijn fraktie op dit naar haar mening belangrijke punt deelt,
dat van groot belang zal zijn om het qestelde doel te bereiken. Spreker
meent dat voor wat betreft deze inteqratie mede van belang is dat aile
medewerkers waar mogelijk hun volledige inzet zullen geven en hij
spreekt ook wat dat betreft de hoop uit dat het het college gegeven
zal zijn de medewerkers op dat punt een voldoende motivatie te kunnen
geven.
Wat betreft het beschikbaarstellen van een krediet voor de begeleiding
van de selectieprocedure van de directeur, Zegt spreker dat in het ad-
vies van het college staat vermeld dat de procedure is vastgesteld in
overleg met de coördinatiecommissie. Bij de behandeling in de commissie
is naar sprekers mening door alle ieden ondersteund naar voren gekomen
dat de commissie ad hoc, welke bestaat uit een zeventai personen, ais
te massaal moet worden gekenmerkt voor wat betreft de eerste persooniij-
ke interviews met kandidaten. In verband hiermede is in de commissie dan