r* HntJ&ï ¥%\S 25 september 1975 Uitgaande van uitsluitend die afspiegelingsgedachte ligt een tweede wet- nouder van de V.V.D. naar sprekers oordeel met meest voor de hand. Vervolgens is er dan de vraag naar de politieke affiniteit en het ge- wicht dat daaraan in onze konkrete situatie in Heemstede dient te worden gehecht. Hij wil daarvan opmerken dat het naar het oordeel van de grootst mogêlijke meerderheid van zijn fractie bij een zuiver hanteren van de aspiegelingsgedachte de vraag naar de politieke verwantschap tussen de bij de afspiegeling betrokken fracties geen rol zou mogen SDelen. Immers gaat men daarmee wel rekening houden, en dus op basis van politieke ver- wantschap tussen twee fracties, voor die beide fracties gezamenlijk od- treden bij de samenstelIIing van een college van burgemeester en wethou- ders, dan is men in feite bezig met het creëren van een vorm van een meerderheidscollege. Nu zal het niet onbekend zijn dat sprekers fractie in principe niets heeft tegen het vormen van meerderheidscolleges Integendeelvoorwaarde daarvoor is echter wel - als tenminste zo'n meerderheidscol1ege tot stand dient te komen met de steun van meer dan een partij - dat programmatische afspraken worden gemaakt over wat een dergelijk college voor beleid gaat v.oeren. uU laatste 1S ln °nze Heemsteedse situatie geen sorake. ]n het y°°r°venleg laten weten te zullen komen met een Kandidaat, onder de gelîjktijdige mededeling dat naar haar oordeel voor mogelîjke meerderheid van sprekers fractie meent dat vastgehouden moet worden aan eenzo zuiver mogelijk afspiegelingscollege. it deel van zijn fractie is niet bereid een meerderheidselement in het wnlnT brengen zonder afspraken over het door die meerderheid dan te voeren beleid. In dit kader herinnert spreker ook nog aan de voorwaarde îe zijn fractie zich heeft gesteld voor deelname aan het afspiegelings- college, namelijk het tot stand komen van een beleidsplan voor de ge- meente, dat door de gemeenteraad zal worden vastgesteld. Ook dan, door ae diskussies en beschouwingen in deze raad over dat beleidsplan, zal duidehjk moeten worden welke fracties welke standounten innemen ten aanzien van het te voeren beleid in deze gemeente. Bij een zodanige werkwijze past evenmin het inbrengen van een meerder- heidselement in de vorming van het college van burgemeester en wethou- ders. In princi.pe is immers ook een andere weg voorhanden voor zo'n "ameIljk het werken °P basis van een beleidspronramma van het college zelf. Dat echter weer vereist programmatisch overïeq bij de vorming van een derqelijk college. Jaarbij behoort ook de kwestie van het innemen van minderheidsstandpun- ten in .konkrete gevallen, waarbij een lid of leden van het colleqe dui- dehjk maken m hoeverre zij verantwoordehjkheid zouden willen aanvaar- veor dat coHegebeleid. Op deze manier wordt ook duidelijk dat in ieedse verhoudingen - spreker meent dat men dat moet erkennen - relatief de grootste verantwoordeh'jkheid voor het gevoerde beleid bii de grootste fractie ligt. Indien men dit anders zou'wensen dan zou ge- komen moeten worden tot duidelijke inhoudelijke afspraken over het te voeren belend en op basis daarvan het vormen van een colleqe lld van sPr?kers fra°tie deelt het zojuist door spreker weerqege- ven standpunt niet. Dit lid acht de politieke verschillen van inzicht tussen de V.V.D.-fractie en zichzelf te groot en meent dat ook in het afgelopen jaar in de praktijk bevestigd te hebben gezien, om steun te kunnen verlenen aan de V.V.D.-kandidaat voor het vierde wethouderschap. Derhalve zullen vier leden van zijn fractie de kandidatuur van de heer 197 mnnnvelljk °T pla3tS 2°U Het 1S dat de grOOtSt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1975 | | pagina 24