226
agressiviteit etc, opdat door de zelfwerkzaamheid van de burgers de
leefbaarheid van de gemeente zou worden verhoogd. Voorts vraagt de
VVD om voorlichting over de mogelijkheid van verdediging door de
burger van zijn bezit.
Mijn fractie heeft met verontrusting kennis genomen van deze vraag
en de naar ons oordeel qevaarlijke suggestie die van die vraag uit-
gaat.
Gelukkiger is mijn fractie met het antwoord terzake van het coilege.
Reeds eerder zijn vanuit de VVD-fractie suggesties gedaan die gingen
in de richting van een soort burgerwacht.
Met nadruk nemen wij afstand van iedere vorm van zelfwerkzaamheid
van de burger bij opsporing en bestraffina van strafbare feiten.
Gaarne Vernemen wij van de VVD-fractie of het noemen van de bestraf-
fing als een mogelijk object van zelfwerkzaamheid van de burger voort-
komt uit een onzorgvuldige formulering, of dat deze fractie werkelijk
van mening is dat bij de bestraffing van strafbare feiten een rol
voor de burger is weggeiegd.
Naar het oordeel van onze fractie, en blijkens het antwoord gelukkig
ook naar het oordeel van het college, behoort de zorg voor de veiiig-
heid van personen en goederen een exclusieve overheidstaak te zijn.
De overheid heeft daartoe de beschikking over een adequaat uitgerust
machtsapparaat dat wordt gehanteerd onder, overigens weilicht best te
verbeteren, democratische controle. Bij het hanteren van dat machts-
apparaat dient overigens naar ons oordeel gestreefd te worden naar
een evenwicht tussen enerzijds de noodzaak van bestrijding van crimi-
naliteit en anderzijds de belangen van de individueie vrijheid en de
persoonlijke levenssfeer.
Ook TV-uitzendingen als onlangs ook in ons land geintroduceerd, ge-
richt op de inschakeling van het TV-publiek bij de oplossing van
strafbare feiten, zijn naar ons oordeel een hachelijke zaak.
In de eerste plaats grijpen zij zeer diep in de persoonlijke levens-
sfeer van de naaste omgeving van het slachtoffer in en in de tweede
plaats dreigen zij, de overigens gewenste opsporing van daders te
doen ontaarden in een heksenjacht. Eén en ander appelleert sterk
aan de sensatiezucht die elk mens in mindere of neerdere mate bezit.
Dat gevaar onderkennen wij ook in de vraagstelling van de VVD-frac-
tie.
Ook ten aanzien van de gevraagde voorlichting over de verdediging
van het eigen bezit willen wij iets opmerken.
Met het college zijn wij van mening dat voorlichting over preven-
tieve bescherming van bezit een geëigend middel is. Verdediqing van
eigen bezit is echter iets wat naar ons oordeel niet gepropageerd
moet worden. Niemand zal geen begrio hebben voor de persoon die ge-
confronteerd met een aanslag op zijn persoon of goed zich zelf of
dat goed probeert te verdedigen, en daarbij, zoals in een derqelijke
stress-situatie vaak gebeurt, de grenzen van het objectief toelaat-
bare overschrijdt. Doelbewuste propaganda voor de verdediging van
eigen goed is echter naar ons oordeel een middel dat erger is dan
de kwaai. Een ontwikkeling in de richting van de situatie in de Ver-
enigde Staten bijvoorbeeld, waar in practisch ieder huis wel een
stuk wapentuig aanwezig is wijzen wij volstrekt van de hand.
Naar ons oordeel zou het maatschappelijk risico van veelvuldig ge-
welddadige verdediging van bezit door de burqer onevenredig veel
27 november 1975
