27 november 1975 232 grippen en vanuit die manaqementsbeqinseien, maar dat het colleqe reeds enige jaren qeleden heeft qoedgevonden dat zowel vanuit de top- ambtelijke staf als vanuit het bestuur cursussen manaqement worden qe- volgd, terwijl zelfs ook belanqstelling voor vervolgcursussen is ge- toond. Het is dus alleszins denkbaar dat aanoassing en doorlichting van de organisatie plaats zullen dienen te hebben. Het college wil daar echter in dit stadium niet op vooruit lopen. Een toezeqqinq voor het komend jaar qaat het colleqe dan ook te ver. Daarnaast heeft het colle- ge als secundair punt bij de niet-opportuun-verklarinq overwogen dat een diepqaand onderzoek vanuit efficiency en doelmatiqheid door exter- ne adviseurs uitdrukkelijk tijdsbeslaq met zich meebrengt, ook van het apparaat zelf, en daar botst men met de zaken die op het ogenblik van het ambtenarenaoparaat worden qevraaqd en oo sommige onderdelen van het ambtenarenapparaat zelfs extra zwaar drukken. Spreker merkt in dit verband op dat het college in de sfeer van overbe- lastinq, die ook de heer Schiatmann qesignaleerd heeft, niet berust.Het college is doende - de wervinq op de ambtenarenmarkt is op het oqenblik een moeilijke affaire - zich te bezinnen op interne mogelijkheden. De heer Schlatmann heeft zich vervolqens op het standount qesteld het denkbaar te achten dat in het licht van de ontwikkelinq van de crimina- liteit, de sterkte van het politiekorps voor de verschillende taken te- kort kan schieten. Wanneer uit een doelmatiqheidsonderzoek blijkt dat essentiële taken met de huidiqe sterkte niet qoed vervuld kunnen worden, dan is zijn frac'tie bereid daaruit de konsekwenties te trekken. Spreker stelt voorop dat men van zijn kant geen principieel verweer te- gen doelmatiqheidsonderzoek, ook niet bij de politie, hoeft te verwach- ten, maar wil wel vaststellen dat de raad in het verleden meer dan eens duidelijk struktureel gefilosofeerd 'heeft over de politie en zijn bij de tijdse taakgedachten, waaruit naar voren kwam dat groot belang werd ge- hecht onder meer aan het weer opnemen van een oude relatie met de burge- rij via de wijkagent. Spreker laat noq onbesproken het verder verzwaren zelfs en uitbreiden van de taak van de wijkagenten, waar de commissie voor openbare orde en veiligheid een begin van een diskussie over heeft gehad. Verder kan men denken aan het feit dat uit de V.V.D.-fractie de criminaliteit aan de orde is gesteld; dat het punt openbare orde in onze gemeente een zaak is die de nodiqe zorgvuldigheid en aandacht vraaqt; dat de dienstverle- ning van de politie als zodanig een zaak is die hier aan de orde is ge- weest alsook het verkeerstoezicht en algemene surveillance, dit laat- ste als onmisbare parallel met de ontwikkeling van het wijkaqentschao. Als men aan al deze taken denkt en als men weet dat jmet name het insti- tuut wijkagent eenvoudig niet vollediq body kan krijgen omdat de fysie- ke moqelijkheden binnen het onderbezette korns ontbreken, dan meent spreker riat bij het invulten van het meerjarenplan en de objectenkeu- zen er een aantal sterke argumenten liqgen voor aanpassing van korps- sterkte. Spreker wil niet op de diskussies vooruit looen, maar hij haalt meer argumenten uit het verleden aan, die een aanpassinq boven de sterkte per 1 januari 1976 als zodanig bepleiten. Voorts merkt spreker op dat sedert de voriqe korpschef, de heer Hetterscheid, de korosleiding had - afkomstig van binnenlandse zaken - hij min of meer naar Heemstede heeft meegevoerd en toegepasteen orqanisatieschema, dat op binnenlandse za- ken en in het veld is uitqeprobeerd,waarin natuurlijk de methodische per- soneelsbeootdeling.de laakafbakening van depolitie in het kader van de mcgelijk-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1975 | | pagina 23