10 maart 1976
60
moeten gaan worden in beschermde woonei1anden. Dat betekent echter
niet dat dit in aiie gevallen een inrichting zal moeten zijn met woon-
erven. 1
Het zou heel goed kunnen zijn dat dit ook via andere maatregelen ge-
beurt. Overigens gelooft spreker dat men die uitspraak thans ook niet
zou kunnen doen omdat daarvoor insoraak met de bewoners van de desbe-
treffende wijk nodig zal zijn.
Spreker heeft niet van het college gehoord of het van memnq îs dat
ook met betrekking tot de nota over de ontsluitingswegenstructuur - de
indeling in wijken - een inspraak van de bevoiking nodig zal zijn voor-
dat de raad definitief beslu'it tot indelinq in die woonwijken.
Vervolgens komt dan de interne wijk-inspraak aan de orde over de in-
richting van de desbetreffende wijken. Spreker qelooft nanelijk dat
men voorzichtig moet zijn met het uitsluitend vanuit het raadhuis be-
siissen over de grootte van de wijk en welke mensen in welke wijk
zuilen moeten gaan leven in de toekomst.
Inzake het punt van de noririering en daarmee ook samenhangend de recht-
vaardige en evenredige verdeling over de verschillende wenen wil spre-
ker er geen misverstand over laten bestaan dat van de zijde van zijn
fractie gesteld wordt dat de keuze qemaakt zal moeten worden voor het
toedelen van meer verkeer aan bepaalde wegen in deze gemeente.
Als men wil komen tot beschermde woonwijken, dan zal dat zonder meer
betekenen dat op bepaalde hoofdwegenstructuren van onze qemeente meer
verkeer zal gaan plaatsvinden. Dat binnen die hoofdwegenstructuur
evenredige verdeling moet plaatsvinden en dat daarvoor die normering
van belang is, acht spreker een duidelijke zaak. Haar het moet niet
zo zijn dat het begrip "de verdelende rechtvaardigheid'dat naar sore-
ker meent in het verleden door de heer Van Wijk ook al eens is gebruikt
in het kader van verkeersopiossingen, betekent dat alle wegen in
Heemstede, inclusief de wegen in woonwijken, gelijkmatig belast zouden
moeten worden, want dan verlaat men het Drincipe dat de raad al lanq
ook op 11 juni 1974, heeft uitqesproken.
Ook spreker wii het coilege dankzeggen voor zijn promote reaktie op
zijn vraag uit de commissievergadering over de planning met betrekking
tot de te produceren nota's. Overigens gelooft spreker mêt de heer
Rücker dat het feit dat die nota's geproduceerd zijn, nog niet wil zeg-
gen dat ze dan ook behandeld zijn. Het college heeft alleen maar aan-
gegeven op welk moment het met zijn adviseurs in staat zal zijn deze
nota's te produceren. Over elk van deze nota's zal inderdaad door de
raad uitgebreid gesproken moeten worrien en zullen de uiteindelijke be-
leidskeuzen, die daarop gebaseerd moeten worden, gedaan worden. Spre-
ker denkt daarbij met name ook aan de normerinqsnotaHij gelooft dat
er geen sprake zal kunnen zijn van objectieve normerinq, daar moet men
zich niet in vergissen; het zal het beieid moeten zijn dat de normen
voor de verschi11ende wegen vaststelt. Er zijn geen zuiver objectieve
gegevens met betrekking tot normen die men voor bepaalde wegen moet
stellen. Dat zal men ais beleidsorgaan iedere keer, voor elke situa-
tie waarin men dat tegenkomt, moeten bepalen. Men zal bijvoorbeeld
moeten bepalen hoeveel hinder, men voor een bepaalde weg bereid is te
accepteren. Dat zijn wezenlijke elementen die men als raad zal moeten
uitspreken.
Wat betreft de evaluatie van de inspraakprocedure zegt spreker dat men
in deze gemeente met twee soorten inspraakprocedures heeft gewerkt,