g9 25 maart 1976
Wethouder Van Drooge wil mede nanens de heer Reeringh een stemverkla-
ring afleggen. Zij hebben zich aanvankelijk achter de standpunten van
het college gesteld, zoals die tot uitdrukking komen in het thans ter
tafel 1iggende voorstelEchter hebben zij na zorgvuldige afweqing van
alle argumenten voor en tegen, en na nog eens alle bekende gegevens te
hebben nagegaan, met name de bereikbaarheid van de Binnenweq vanuit het
noord-westen van Heemstede en Aerdenhout, en verder in die beschouwing
te hebben betrokken, aanleiding gevonden alsnog te kiezen voor een ver-
keersregeling zoals die vervat is in schets A. Zij willen nadrukkelijk
steilen dat bij een afweging van alle belangen de oplossing van de v^r-
keersproblematiek zoals die in schets B is, bijvoorbeeld verkeerstech-
nisch gezien, wellicht een betere is dan die volgens schets A. Maar de
gedachte dat mogelijk een deel van het winkelend publiek zich bij rea-
1isering van schets B van de Binnenweg zou afwenden om elders zijn în-
kopen te gaan doen, hetgeen althans voor een deel van de winkeliers van
de Binnenweg desastreus zou kunnen zijn, is voor hun stembepaling van zo
overwegende betekenis geweest, dat zij de andere belangen daaraan toch
ondergeschikt gemaakt zouden willen zien, zodat hun keus in deze naar
schets A gaat.
Voor het overige kunnen zij in grote trekken het betoog van hun trac-
tievoorzitter ondersteunen.
De voorzitter stelt thans aan de orde de stemming over schets C. Na
gehouden stemming konstateert spreker dat 5 stemmen vöör en 16 stemmen
tegen zijn uitgebracht, zodat het amendement, verhuld in schets C, is
verworpen.
Voor schets C hebben gestemd mevrouw Dielde heer Klos, mevr. Borghouts
en de heren Jager en Sprangers.
Vervolgens stelt soreker aan de orde de stemming over schets A. Uitge-
bracht worden 11 stemmen vöör en 10 stemnen tegen, zodat schets A als
amendement is aanvaard en schets B hiermee is vervallen.
Tegen schets A hebben gestemd de heren Baar, Rücker, Hofland, Van Emme-
rik, mevrouw Diei, de heer Klos, mevrouw Borghouts en de heren Jager
Sprangers en Willemse.
Spreker stelt vervolgens ten aanzien van de punten, genoemd op bladzij-
de 11 en volgende van het voorstelvoor ais volgt:
1. Het instellen van een blauwe zône. De raad heeft zich kunnen vereni-
gen met de aantekeninp van het colleqe; het college zal dit nog in
uitwerkingsberaad nemen.
2. De zaak van de bus is voldoende besproken; het colleqe komt daarop
terug
3. De kwestie van het beperken van de snelheid acht spreker voldoende
besproken.
4. Ook de kwesties in punt 4 genoemd zijn voldoende besproken. Het col-
lege heeft duidelijk toegezegd nog verder met de raad te zullen
spreken, ook ten aanzien van de woonstraten.
5. Het Darkeren od het voorterrein van het postkantoor; de verschillen-
de meningen daaromtrent heeft men kunnen horen, ook in de commissie.
6. De doorbraak vanuit de Zandvaartkade acht spreker ook voldoende be-
sproken.
Spreker meent verder dat waar het coilege niet nadrukkelijk heeft gerea-
geerd, en de raad zijn mening over hoofdstuk III - de nadere v/ensen -
heeft gegeven, het college dat als "huiswerk" heeft meegenomen.
