26 mei 1976 253 X. Herstel Molenbrug (volgnr. 77) De voorzitter deelt mede dat de comrnissie voor openbare werken zich met het voorsteT kan verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. XI. Vernieuwing rioierinq gedeelte Oude Posthuisstraat (volgnr. 70) De voorzitter deelt mede dat de commissie voor openbare werken zich met hei voorstel kan verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. XII. Aansluiting gebouwen sportpark oo qemeenteriool (volgnr. 71) De voorzitter deelt mede dat de commissie voor openbare werken zich met het voorstel kan verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. XIII. Verdaging beslissing inzake vaststelling bestemmingsplan "Natuur- gebieden (volqnr. 72) De voorzitter deelt mede dat de commissies voor openbare werken en voor de volkshuisvesting c.a. zich met het voorstel kunnen verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastqesteld. XIV. Vervaardiging ondergronden ten behoeve van bestemminqsDlannen (volgnr. 63) De voorzitter deelt mede dat de commissies voor openbare werken en voor de volkshuisvesting c.a. zich met het voorstel kunnen verenigen. De heer Jager heeft in de commissie voor de gemeentefinanciën naar voren gebracTit dat hij twijfels had over de afschrijvingstermijn die het college voorstelt ten aanzien van deze uitgave. Daar is een reac- tie op gokomen van de secretaris van deze commissie, die spreker niet heeft overtuigd. Daarin wordt namelijk gezegd dat de afschrijvingster- mijn van vijf jaar is gekozen, omdat de ondergronden bedoeld zijn voor bestemmingsplannen die men in vijf jaar gereed hoopt te hebben en dat daarop de afschrijvingstermijn gebaseerd zou zijn. Spreker acht dat niet zo'n relevant araument. In de eers'te plaats niet omdat in het voorstel van het college zelf staat, dat de onderqronden cok voor an- dere doeleinden dan voor de bestemmingsplannen gebruikt zullen gaan worden. In de tweede plaats, dat zelfs als die bestemmingsplannen klaar zijn het de vraag is, of dat materiaal dan niet bruikbaar is voor volgende situaties als men weer eens tot herziening van een be- stemmingsplan moet overgaan. De vraag waar het dus om gaat is hoelang het betreffende materiaal bruikbaar blijft,of het betrouwbaar is en wanneer men, als men opnieuw iets moet gaan doen, oonieuw tot het laten maken van foto's moet overgaan. Dat is het kriterium waarop men de af- schrijvingstermijn moet gaan vaststellen. Aanqezien soreker weet dat de Topografische Dienst te Delft eens in de 10 jaar een herziening van zijn materiaal op dit punt toepast, is hij vooralsnog van mening dat met een afschrijvir.gstermijn van 10 jaar volstaan zal kunnen worden, hetgeen f 32.000,ruimte op de begroting voor de koinende jarenbiedt. Bij de fractie van de heer Baar leeft hetzelfde bezwaar als door de heer Jager onder woorden is gebracht. Hij sluit zich daar dus volledig bij aan.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1976 | | pagina 19