308
26 augustus 1976
er naar gôstrG6fd deze nota binnen niet al te lange tijd het licht te
doen zien.
Waarom deze zaak niet in de sportstichting is behandeld vindt dus zijn
oorzaak in deze konstellatie, dat het niet als sport maar als jeugd-
werk beschouwd wordt.
Door enkele sprekers is gevraagd een gesprek te hebben met de groep
om vooral zuinig te zijn met de exploitatiekosten en alies zoveel
mogelijk in eigen beheer te dcen. Spreker wijst er op dat alieen sub-
sidie voor één boot wordt qevraagd en dan kan men zich moeilijk gaan
bemoeien rpet de rest. Natuurlijk is in het eerste gesprek dat met het
bestuur heeft plaatsgehad er al op gewezen dat niet het bedrag tot
het totaie exploitat'ietekort kan worden gegeven, maar dat er een vorm
zou kunnen worden gevonden door een investeringsbijdrage in de kosten
van een boot.
De heer De Jong merkt op dat misschien nog een mogelijkheid i_s om
bij de bespreking te overwegen het onder punt c van de desbetreffende
paragraaf per jeugdiid genoemde subsidie van f 7,-- per persoon te vet
hogenwant dit geldt ook voor padvinders.
Wethouder Van Drooqe zegt dat voor alle padvinders eenzelfde bedrag
wordt gegeven, dus daar kan men voor de zeeverkennersgroep St.Jozef
niet van afwijken.
Inzake de opmerking van de heer Jager dat het hier moet gaan om een
êénmalig subsidie, zegt spreker dat het destijds bij De Spaarnegeuzen
ook een éënmalig subsidie betrof; men heeft het nooit meer gevraagd.
Soreker meent dat hier wel een volgende aanvraag inzit, waarvan men met
kan zeggen dat die bij voorbaat wordt afgewezen. Dat zou beoaald tever
gaan. Als de groep volgend jaar opnieuw met een subsidieaanvraag komt,
dan zal die opnieuw moeten worden bekeken.
De heer Kettenis zegt dat de wethouder heeft qesteld dat de omlig-
gende gemeeFten eigenlijk niet benaderd kunnen worden omdat dit een
zaak is van Heemstede en omdat andere gemeenten dat ook niet doen.
Spreker wijst hem in dit verband op het feit dat de raad nog niet zo
lang geleden heeft toegezegd in het ijsbaanexploitatieverlies een
steentje bij te dragen. Dan zou wellicht odk dit qesprek niet in de
botensfeer maar in de exploitatiesfeer moeten plaatsvinden. Hij dringt
er daarom op aan, als het gesprek met het bestuur van de zeeverkenners
wordt gehouden, ook andere punten aan te stippen, zoals zelfwerkzaam-
heidgezien de ideële doelstellingen van de verenigjng zou ook daai
aan enige aandacht besteed kunnen worden.
De heer Jager merkt op dat de uitieg van de wethouder met betrekKing
tot de relaTTëTiïïet de buurgemeenten hem heeft bevredigd. Hij gelooft_
inderdaad dat als een subsidiëring van deze groep plaatsvindt op basis
van jeuqdwerksubsidiesen het gebruik van de akkommodatie voor jeugd-
werk door de desbetreffende gemeente waar die akkommodatie is geves-
tigd wordt geregeld, dat deze gehandhaafd moet worden. Hij zou degenen
die daar anders over denken willen wijzen op het feit dat men een hele
hoop in huis haalt als men dat andersom zou willen qaan doen.
De heer Kettenis heeft in navolging van het college ook het woord
"zelfwerkzaamheid" genoemd in het kader van het exploitatietekort van
deze groep. Spreker is uit de stukken die bij deze subsidie-aanvraag zijn
overgelegd niets qebleken van een onvoldoende zelfwerkzaamheid van deze
vereiiiging. Hij zou het betreuren als die indruk wordt gewekt. Hij heeft
wel de indruk van een ambitieuze opzet - daar is ook zijn éénmaligheid