4e afd.
146
Wij gaan er verder van uit dat de grondkosten van (vele) woningwetwonin-
gen niet voor een belangrijk deel ten iaste zullen kunnen worden ge-
bracht van (een betrekkelijk gering aantalvrije-sectorwoningen.
Overwogen zou kunnen worden een intensievere bebouwing toe te passen,
waardoor de grondkosten per woning aanzienlijk gedrukt zouden kunnen
worden.
In het kader van een goed ruimtelijk beleid kan echter naar ons oordeel,
mede gezien de bestemming volgens het streekplan, het in het plan opge-
nomen aantal van 427 woningen niet in betekenende mate worden verhoogd.
Wellicht ten overvloede wijzen wij erop dat in Heemstede waar dit finan-
cieel-economisch wél haalbaar was en is uitsluitend woningen worden ge-
bouwd voor financieel zwakkeren.
Wij noemen:
- de 100 woningen op het voormalige filterterrein (42 woningwetwoningen
en 58 premiekoopwoningen);
- de 28 woningen op het terrein aan de Johan Wagenaarlaan (alle woning-
wetwoningen).
Ook op de terreinen tussen de Blekersvaartweg en de Burgemeester van
Lennepweg en op de gemeentegronden tussen de Prinsenlaan en Glip I zul-
len uitsluitend woningen in de sociale sector worden gesticht (woning-
wetwoningen).
Uiteraard bestaat ook behoefte aan vrije-sectorwoninaen.
Voor degenen die dit kunnen betalen, is een vrije-sectorwoning de aange-
wezen oplossing; het behoort niet voor te komen dat zij in een goedkopere
woning moeten blijven wonen omdat zij geen duurdere kooowoning kunnen
verwerven. Het plan "Merlenhoven" zal - naar het zich thans laat aanzien-
het laatste plan zijn waar nog een flink aantal woningen in de vrije sec-
tor gebouwd zal kunnen worden.
Overigens menen wij dat het niet tot de bevoeadheid van Gedeputeerde Sta-
ten behoort om door middel van de (niet) goedkeurinq van een bestemminqs-
plan te bepalen of en in hoeverre op de betrokken grond v/oningen in de qe-
subsidieerde sector zullen worden gebouwd. De Wet en het Besluit op de
Ruimtelijke Ordening geven o.i. geen steun aan de opvatting dat deze be-
voegdheid aan Gedeputeerde Staten wel toekomt. Wij wijzen in dit verband
op artikel 10, eerste lid, van de wet, waarin is vermeld dat bij een be-
stemmingsplan de bestemming van qrond wordt aanaewezen, voor zover dit
-3-
26 november 1976
