195
25 augustus 1977
Voor wat betreft de opmerking van de heer Borghouts ten aanzien van
artikel 15, zegt spreker dat zijn fraktie geen behoefte heeft hier
een wijziging aan te brengen. Dit zijn vrij duidelijk berekenbare
posten, waarbij altijd nog de mogelijkheid bestaat, als een aanslui-
ter ongenoegen heeft met de direktie, om naar het coilege te gaan.
Spreker zouzich wel kunnen voorstellen dat in artikel 24 eventueel
deze wijziging wordt aangebracht, rekening houdende met het feit
dat we in artikel 26 die bepaiing van het college van burgemeester
en wethouders reeds hebben opgenomen.
Gezien de uitleg van de wethouder met verwijzing naar de daarvoor
bestaande wetsartikelen heeft spreker geen behoefte aan opname in
de verordening van een schadevergoedingsregeling.
Ook de intentie van de gemeente kennende neemt spreker aan dat ie-
mand die schade lijdt, zijn schade vergoéd zal krijgen.
Wethouder Reeringh brengt naar voren dat het college zich inder-
daad op het standpunt stelt dat de jaarlijkse stijging van 7- dat
betreft de periode na de eerste 2 jaar - er is uitgerold op grond
van een drietal aannames. Dat is een aanname van 80% bezettingsgraad,
een rente van 10% en een inflatie van 8%. Het college is van mening
dat als zou blijken dat deze aannames in de toekomst geheel anders
zouden moeten worden bekeken - men zou zich kunnen voorstellen dat
er zich in de verdere toekomst een inflatie van bijvoorbeeld 15% zou
voordoen - het dan in beginsel een niet redelijke zaak zou zijn dat
als ledereen 15% meer voor zijn goederen, diensten en artikelen zou
moeten betalen, dan juist de voorzieningen op het gebied van de cen-
trale antenne-inrichting gefixeerd zouden zijn en de gevolgen daarvan
op de gemeente zouden moeten drukken. Daarbij komt het argument dat
de raad het volledig in de hand heeft deze zaak ieder jaar opnieuw
vast te stellen. Verder is het zo dat bij onzekere verhogingen in de
percentages van welke kosten dan ook in de toekomst, natuurlijk niet
gezegd moet worden dat kostenstijgingen als zodanig integraal doorbe-
rekend zouden moeten worden op de gebruikers. Ook bij de diskussies
in het verleden is ter sprake gekomen dat alsdan opnieuw bekeken
zou moeten worden of eventueel een gedeelte van dergelijke lasten
voor rekening van de algemene middelen zou moeten komen. Overigens
is het weinig zinvol want het is veel te spekulatief en absoluut on-
zeker om zich nu over toestanden te gaan beraden die zich in de toe-
komst ooit eens zouden kunnen gaan voordoen.
Inzake de kwestie van het uitfilteren haakt spreker in op hetgeen de
neer Baar heeft gesteld. Deze heeft terecht opgemerkt dat de vrijheid
die destijds gemaximaliseerd is, betrekking had op mensen die niet
anders zouden kunnen bij invoering van het'nieuwe systeem, dat die
marge veel te eng was en dat die binnen redelijke grenzen verruimd
zou moeten worden. Er is een nader collegestandpunt op dit stuk geko-
men omdat gebleken is bat er in de gemeente woningen zijn, met name
in de Geleerdenwijk, die nauwelijks of niet geschikt zijn om antennes
op het dak te hebben. Als men dus geen cai-systeem wil hebben dan, zo
is destijds gezegd - daartoe is ook de bouwverordening veranderd -
moet het inbeginsel mogelijk zijn een antenne op het dak te plaatsen.
Weinu, er zijn woningen in de gemeente waar dat niet mogelijk is, ter-
wijl er bovendien brieven bij het college zijn binnengekomen van wo-
ningeigenarendie mededeelden niet bereid te zijn hun huurders toe te
staan bij de invoering van het centraal antenne-systeem een antenne op
