117
ting opgenomen bedragen.
Normen minister Begrotingsbedrag
Rioolrecht (werkelijke kosten) f 589.294,-- 434.700,--
Reinigingsrechten (60% van de
kosten) 820.380,— 693.000,—
Onroerend-goedbelastingen 1.528.800,-- 2.000.000,--
f 2.938.474,— f 3.127.700,—
Het staat de gemeente vrij zelf het niveau per heffing te bepalen.
Voorwaarde daarbij is dat de werkelijke totaalopbrengst van het be-
lastingpakket tenminste gelijk is aan de opbrengst bij de minimum
normen. Aan deze voorwaarde wordt dus ruimschoots voldaan. Enerzijas
is dit te verklaren doordat de onroerend-goedbelastingen dankzij de
structuur van de gemeente ondanks de betrekkelijk lage tarieven een
hoge opbrengst bewerkstelligen. Anderzijds ligt de oorzaak bij de vrij
lage kosten van rioleringen. Zouden de normen van de minister zonder
meer gehanteerd worden dan zou de opbrengst 936.000,-- moeten bedrs-
gen. Uij menen echter dat een hogere bijdrage dan de werkelijke kosten
,niet van de inwoners gevraagd mag worden, daarom zijn wij in de hierboven-
staande opstelling van de werkelijke kosten uitgegaan.
Leges.
Gelet op de eerdergenoemde uitspraak van de raad en de in het verleden
gedane toezegging dat voortaan de tarieven trendmatig aangepast zullen
worden, stellen wij u voor de tarieven met 5% te verhogen. 'Het betref-
fende voorstel wordt u separaat aangeboden. Evenals in de voorgaande
jaren menen wij dat het, met het oog op de tijdige koninklijke goed-
keuring, gewenst is dat de behandeling van dit voorstel in de oktober-
raad plaats vindt.
Begrafenisrechten.
Het dekkingspercentage voor de begrafenisrechten kan als volgt berekend
worden:
kosten begraafplaats e.d. volgnr. 06.0.110 f 381.155,—
inkomsten:
volgnr.06.0.021 Rente fonds eigen graven f 10.500,--
Rente nationale schuld 43,--
volgnr.06.0.111 Huur dienstwoning 4.073,-- 14.616,--
366.539,—
-7-
2e afd.
16 december 1977