367
pogingen zijn ondernomen bij verschi1lende woningkomplexen in Heemste-
de, door middel van een onderzoek en een enquête aan de bewoners te
vragen of zij het ermee eens zijn dat de woning van centraie verwarming
werd voorzien en dat het huis werd geïsoleerd. Daarbij zijn nog ver-
schillende mogelijkheden genoemd: een zeer vergaande isolatie, een min-
der vergaande, enzovoort. Daarbij v/erd medegedeeld hoeveel de huur van
de won'ing per maand zou stijgen. Dit alles is gedaan omdat de woning-
bouwvereniging tot nu toe schroom had om enigszins te gaan afsnoeDen
van de risico-reserve voor woningwetwoningen. Zij heeft bij haar Dogin-
gen tot nu toe steeds voorstellen aan de bewoners gedaan die kosten-
dekkend waren. Dat betekende dat er nooit een neerderheid voor deze
zaak was te behalen, hetgeen misschien zijn oorzaak vond in financiële
redenen. Ook hadden veei mensen zeif al aanvullende verwarming gemaakt
of zelfs ai centrale verwarming laten aanieggen. Als men in zo'n situ-
atie zit, waarbij het gaat om een huurverhogingdan moet er wei een
duidelijke meerderheid zijn om een maatregei door te voeren. Als men
nu spreekt over de risico-reserve woningwetwoningen en ailen menen
dat het verantwoord is een deel daarvan te bestemmen om woningen te
isoieren - waarbij we ons zeif natuurlijk niet de voorv/aarde behoeven
te steiien dat die woningen ook van een centrale verwarming moeten wor-
den voorzien - dan kan men ook overwegen de isoiatie aan te brengen
zonder daaraan konsekwenties voor de huur te verbinden. Dat betekent
dan dat het geen kwestie is van een meerderheid of minderheid van de
bewoners, maar dat de woningbouwvereniginqen dat de bewoners kan opleg-
gen. De bewoners zuilen dan uiteraard voorgelicht moeten worden, maar
ze hebben het als maatregei te accenteren. Daarmee wordt bereikt dat
de gemeente een stuk aktieve politiek voert wat betreft de energiebe-
sparing en dat er toch een bron gevonden is om de groei van de risico-
reserve op een zeer zinvoile wijze te besteden.
De heer Van der Wal gelooft dat een verdergaande verandering van
mentaiiteit op dit gebied een uitermate belangrijke eis is. Hij ziet
in een progressieve tarifiëring niet zoveelAls men daarmee daadwer-
kelijk zou kunnen besparen, zou dat het overwegen waard zijn. Hij neeft
daar niet aitijd vertrouwen in gehad.
Hij acht de sugges.tie van de heer Van der Hulst het overwegen waard.
Een ander aspekt dat hierbij naar zijn gevoel van uitermate belang is
- hij ontleent dat aan het pre-advies van de grondstoffencommissie van
de S.E.R., uitgebracht aan de S.E.R. - is de werkvoorziening
Hij citeert daaruit: "Woningisoiatie en verbetering van de huishoude-
lijke apparatuur kan aanzienlijke besparing opleveren: 8 9 miljard
m3 aardgas equivalenten binnen 10 jaar, ofwel 1% van het geschatte
energieverbruik. Zo'n beleid zou dan ook van groot belang zijn voor
de werkgelegenheidAlieen al een programma voor het volledig isoleren
van woningen verschaft gedurende 10 jaar werk aan 50.000 tot 70.000
mensen". Spreker meent dat als deze zaak geïntegreerd wordt aangeDakt
men, zij het niet op korte termijn, tot zeer grote resuitaten zal ko-
men. Hij geeft het coliege dan ook in overweging ook aandacht te
schenken aan dit pre-advies van de grondstoffencommissie en de uitkom-
sten daarvan, door primair te werken aan mentaliteitsveranderir.g, niet
alleen op iokaal niveau, maar waar mogelijk te bevorderen dat dit ook
landeiijk wordt gedaan, want een mentaliteitsverandering lokaa! reali-
seren is geen eenvoudige opgave. Daar zai men iandelijk aan moeten wer-
ken.
De heer De Jong merkt op dat enkele jaren geieden de inning van de
16 deceraber 1977