10
26 januari 1978
XVI. Plan tot reorqanisatie van de drinkwateryoorzieninci in de Drovin-
cie Noorrf-iioHand. (volgnr. 2) 1
De heer Reeringh merkt op dat in de commissie voor het g.t.b. over
de inhoud van een en ander in feite geen verschil van mening bestond.
Alleen is nog even gediskussieerd over de konklusies die op dit stuk
aan de gemeentelijke opstelling moeten worden verbonden. Dat heeft ge-
leid tot een nadere formulering, die het college thans aan de raad voor-
legt en die dus gelezen moet worden in plaats van de formulering in het
oorspronkelijk voorliggende raadsvoorstel
De heer Van der h'ulst brengt naar voren dat de wet tot wijziging van
de 1,'äterleidingwet vâTTT november 1975 provinciale staten opdraagt plan-
nen te maken als de openbare drinkwatervoorziening in haar provincie
niet doelmati'g is. Zonder de eventuele ondoelmatige werkwijze van de
reeds lang bestaande waterleidingbedrijven aan te tonen, is de provin-
cie er van meet af aan van uitgegaan dat haar opdracht volaens de wet
zou luiden: let niet op hetgeen reeds jaren goed lcopt, maar verdeel
doord-Holland over drie grote bedrijven, te weten gemeentewaterleidin-
gen Amsterdam, waterleidingbedrijf midden-Nederland eri provinciaa'l wa-
terleid i ngbedrijf Noord-Holland
Wat de waterwinni ng en de produktie betreft zou dat in te denken zijn,
omdat dit grootschaliger kan gebeuren. Maar om ook de distributie uit-
sluitend door de grote bearijven te laten verzorgen lijkt zijn fraktie
in hoge mate ongewenst. Het is zelfs ernstig te betwijfelen of bij die
grote bedrijven, als het om de distributie gaat, de dcelmatigheid wel
zo groot is als wordt verondersteld
Zijn fraktie is ervan overtuigd dat distributie zo dicht mogelijk bij
de burgerij, dus lokaal, zo mogeiijk samengevoegd met andere nutsvoor-
zieningen^dient te geschieden. Dat de gemeentewaterleidingen Amstei
dam, die al van oudsher zijn produktiebedrijf en laboratorium op Heeni-
steeds grondgebied heeft gevestigd, aan Heemstede water levert, lijkt
haar een nogal voor de hand liqgende zaak. De provincie denkt daar,
tot grote verbazing van sprekers fraktie, kennelijk anders over en ziet
ons grondgebied als een enciave in P.W.M.-gebied, dia uit een oogpunt
van watervoorziening weirtig reden van bestaan heeft. Dit laatste ont-
gaat haarHet begint allemaal bedenkelijk veel op machtsvertoon te lij-
ker als aile door Heemstede en andere gemeenten aangevoerde bezwaren
worden vveggewuifd en het de desbetreffende wethouders in de afgelopen
jaren niet is gelukt die bezwaren met gedeputeerde staten te bespreken.
Van werkelijk overleg is geen sprake geweest. Bij alle besprekingen
ieek het er steeds op alsof het coliege van gedeputeerde staten maar
één oplcssing kende, namelijk de door hem voorgestelde, die hij kost
wat kost wilde doordrijven.
Sprekers fraktie onderschrijft daarom voiledig de konklusies aan het
eind van het raadsvoorstel en verzoekt het college om in het begelei-
dend schrijven aan de provincie in harde bewoordingen aan de kaak te
stellen, aat de provincie in dit overleg gefaald heeft, omdat zij uit-
sluitend een door haar vooropgezet doei heeft willen bereiken.
Van Amerongan merkt op dat het plan van gedeputeerde staten
om te komen tot een provinciaal manmoetwaterbedrijfwaarir, winning,
produktie ên distributie moeten samengaan, aoor zijn fraktie volledig
wordt afgswezen. Daarmee is niet gezegd dat zij een reorganisatie van
de drinkwatervoorziening niet noodzakelijk acht. Zij heeft niet alleen
fur.damentele kritiek od het reorganisatieplan zelf, maar ook op de pro-
cedure die door G.S. is gevolgd bij de totstandkoming van het plan.