23
23 februari 1978
ondat nen, als nen dit degressieve tarief wil gaan invoeren, wil uit-
gaan van de billijkhéidsoverweging en dan moet men de zaak natuurlijk
aldus benaderen dat men zegt: gelijke monniken, gelijke kapper,.
SDreker vindt het moeilijk om het punt van de tijdelijkheid nog in ge-
dachten op de achtergrond te houden. Men voert zo'n rnaatregel in en
wijzigt de verordeninq op een gegeven ogenblik of nen doet het niet.
Het côllege zou gaarne zien dat de raad in meerderheid op dit voorstel
ingaat. Om nu een tijdelijkheid in te bouwen ziet hij formeel niet als
nogelijk en ook inhoudelijk als niet gewenst.
De heer Van der Wal herinnert eraan dat de heer Kirschbaum bij de
inst.elling van dit recht met name aandacht heeft gevraagd voor de wasse-
rijen, hetgeen nu mede in dit voorstel gebeurt, zij het dat als menhet
in alle redelijkheid wil doen, men kennelijk ook een aantal andere in-
stellingen vangt waarvan men zich kan afvragen of dat zo gewenst is.
Spreker gelooft dat bestuurlijk beleid in dit verband betekent dat men
dan toch een grens moet stellen, hoewel ook dat wel arbitrair zal zijn.
Ook zal wel arbitrair zijn hoe groot de buizen nu wel of niet waren,
rekenino houdende met grootafvoerders of kleinafvoerders.
Zijn fraktie kan zich in dit voorstel vinden. Inzake het punt van de_
eventuele tijdelijkheid gelooft spreker dat het verstandig is, rekening
houdende met het feit da't elk jaar bij de begroting de tarieven opnieuw
op de helling kunnen komen, dat de raad het voorstel thans aanneemt zo-
als het ter tafel ligt en eventueel volgend jaar of het jaar daarop be-
kijkt of er redenen zijn dit onderdeel in deze tarifiëring te wijzigen.
De heer Baar merkt op dat ook zijn fraktie enigszins tegen deze zaak
heeft aangekêl<ën. Uiteindelijk heeft zijn fraktie toch gemeend met het
voorstel van het college te kunnen instemmen. Het was haar eigenlijk
liever geweest als deze materie wat in de tijd was verschoven door de
behandeüng bijvoorbeeld aan de orde te stellen bij de begroting voor
het jaar 1979. Maar dat zou uiteraard betekenen dat een aantal groot-
afvoerde'rs en met name ook de wasserijen, intussen met een hoger tarief
is gekonfronteerdSpreker heeft begrepen dat als de wethouder spreekt
over bi11ijkheidsoverwegingenhij dan vooral kijkt in de richting van
de wasserijen. Ook in sprekers fraktie bleek daarvoor gevoel tebestaan,
zij neeft zich daardoor neer laten leiden dan door de vraag of de groot-
afvoerders nu wel of niet in meer of mindere mate de rioolkapaciteit^
hebben belast. Als men eennaal op grond van deze billijkheidsoverwegin-
gen komt tot de beslissing van een degressief tarief, dan moet het naar
het oordeel van zijn fraktie ook konsekwent worden doorgevoerd. Dan
kan nen niet de één wel en de ander niet een degressief tarief toestaan.
Vandaar dat zijn fraktie dit degressief tarief aan alle grootafvoer-
ders onverkort wil toestaan. In een tijdelijkheid gelooftzijn frak-
tie niet zozeer. Zij staat op het standpunt dat deze beslissing ten
principale wordt genomen en dat het niet aangaat nu tot een degres-
sief tarief te besluiten en bijvoorbeeld over een jaar weer daarop te-
rug te komen. Spreker sluit niet uit dat het eventueel gebeurt, maar
dan zulian daar gegronde argumenten voor moeten zijn.^
Zijn fraktie staat dus op het standpunt dat dit besluit als zodanig
permanent er. definitief is.
De vocrzitter schorst de vergadering te 20.41 en heropent deze te
20.49 uur.
De heer Van Ameronger, zegt dat de woorden "biilijkheid" en "recht-
vaardigheid" zijn gevallen. Het punt is nu juist dat ock zijn fraktie
