23 februari 1S78 24 natuurlijk streeft naar een zo rechtvaardig mogelijk tarief. Het isal- leen duidelijk dat er verschillend over wordt gedacht hoe men dat moet verwerken in de tarievenstruktuurZij vindt het niet rechtvaardig als er een degressief tarief wordt inqevoerd. Als de grootafvoerders er een paar jaar geleden niet waren geweest, dan had men niet zo'n grote kapa- citeit hoeven te creëren. Dat heeft men nu wel moeten doen, mede orndat er binnen onzegemeentegrenzen grootafvoerders zijn. Daarom is het ook rechtvaardig om iedereen naar de mate waarin hij beslag legt op die ka- paciteit, te laten meebetaien in de kosten van de riolering. Daaron vindt zijn fraktie het rechtvaardiger een proportioneel tarief te han- teren. Inzake het ount van de tijdelijkheid vindt zijnfraktie het van belang te benadrukken waarom zij juist wel voor een tijdelijk invoeren van een degressief tarief is, waarbij zij met name denkt aan de beian- gen van de wasserijen. De wasserijen hebben van het ene jaar op het an- dere die extra lasten te dragen gekregen. Zij zitten, evenals de geneen- te, gevangen in de prijzenbeschikkinq van de rijksoverheid. Zij kunnen niet zonder meer elk jaar hun prijzen zoveel als zij dat willen verhogen. Om nu die wasserijen in de gelegenheid te stellen deze excra last te verwerken in hun prijzen, is zijn fraktie voorstandster om een degres- sief tarief voor een paar jaar in te voeren, waarbij die degressie dan wel in de tarievenstruktuur geleidelijk moet worden afgebouv/d. Nu zijn fraktie de meningen gehoord heeft van de andere frakties, lijkt het haar niet zinvol meer te komen met een motie waarin de raad om een uitspraak wordt gevraagd over het tijdeiijk karakter van dit degressie- ve tarief. Spreker merkt op dat de wethouder heeft gesteld dat er bij de wasserijen nog iets speciaais aan de hand is, namelijk dat zij tet water gebruiken als grondstof. Dat kan natuurlijk wel zo zijn, naar men gebruikt water ook om zich mee te wassen. Het resultaat is zowe1 vcor de wasserijen als voor de burger precies hetzelfde, bij beide v/ordt het water rioolwater. Daarom begrijpt hij ook niet wat de wethouder beccelt met: gelijke monniken, geiijke kappen. Men kan in dit verband allejn maar spreken over ongelijke monniken en daar passen ook ongelijke kap- pen op. Tenslotte zegt spreker dat zijn fraktie aantekening wenst tegen dit voorstel te zijn. Wethouder Reeringh merkt op dat het punt van de grondstof in de2e be~ schouwing inderdaad geen rol kan spelen. Hij heeft het alleen willen op- voeren omdat uit de woorden van de verschillende sprekers een zekare sympathie bleek voor de positie van de wasserijen; in dat verband heeft hij erop gewezen dat het juist de wasserijen zijn die nu eennaai niet om het water als grondstof heen kunnen, maar hij is het er mee eens dat het: water is water en het gaat door het riool weg, natuuriijk geen rol kan speien. Met "geiijke monniken, geiijke kappen" heeft spreker bedoeld aan te geven dat de kriteria die moeten geiden, zullen moeten geldan voor alie grootverbruikersAls men deze maatregei invoert zai men er inderdaad de konsekwentie uit moeten trekken dat het geldt voor die boven de dan gestelde grens liggen; dat is dus in dit geval de 5000 m3 Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemning vastgesteid, onder aantekening dat de P.H.-fraktie geacht wenst te worden tegen lit voorstel te hebben gestemd. XVI. Begrotinqswijzigingen. De voorzitter deelt mede dat de commissie voor de gemeentefinanciën

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1978 | | pagina 7