9 november 1978
276
voor degene, die wel burgemeester van Heemstede wordt, is, dat men
heeft kennisgemaakt met een aantal personen, die direkt of indirekt
de persoonlijke carriêre hebben beïnvloed. Dit achten wij een on-
verkieslijk element in het systeem, dat, als er aan valt te ontko-
men zonder evidente nadeien, ook beslist vermeden moet worden.
4. Tijdens de kamerbehandeling van de begroting voor 1975 bleek dat
het standpunt van de toenmalige minister van binnenlandse zaken, de
heer De Gaay Fortman, onder meer inhield, dat, waar de inspraak dui-
delijk in de richting van éën bepaalde bekwame kandidaat zou blijken
te wijzen, dit voor de Kroon bijna niets anders zou kunnen beteke-
nen, dan diê kandidaat te benoemen.Op dit ogenblik acht mijn fraktie
deze konsekwentie van het optreden van een vertrouwenscommissie voor
een gemeente als Heemstede tenderen naar een soort verkiezing van
een funktionaris, althans teveel afwijken van een in volle omvang
inhoud geven aan het uitgangspunt, namelijkdat de burgemeester
niet slechts formeel een benoemde funktionaris dient te zijn, doch
dat ook materieel van een zuivere benoeming behoort te worden ge-
sproken.
Bovendien kan deze zaak ons inziens van essentieel belang geacht wor-
den voor:
5. een vijfde punt, namelijk dat het geenszins ondenkbaar is, dat een
aantal kandidaten, om hen moverende redenen, geen gebruik wenst te ma-
ken van een informatiegesprek met de commissie. Dit recht van, men
zou kunnen zeggen "non-konfrontatie" komt aan ieder natuurlijk toe,
alleen de konsekwentie zou verschillend kunnen zijn. Wij zouden ge-
bruikmaking van dit recht nooit prohibitief willen laten zijn voor
een eventuele benoerning; echter, de oordeelsvorming van een vertrou-
wenscommissie zou door het niet verschijnen van slechts éën kandi-
daat onvoliedig worden en daardoor in feite van onwaarde.
Mijn fraktie beseft dat op voorhand zeker niet de kans uitgesloten moet
worden geacht dat een kandidaat zal worden benoemd, die niet voor de
commissie is verschenen. Mocht zulks gebeuren, dan zal dat niet nalaten
bij een gedeelte van de raad - en welde ai of niet fervente voorstan-
ders van een vertrouwenscommissie - welk gedeelte thans een meerderheid
blijkt uit te maken, een onbevredigde reaktie teweeg te brengen.
Dit zou een situatie zijn, die op zichzelf niet bijdraagt tot het schep-
pen van de gewenste sfeer in de relatie tussen de nieuwe burgemeester
en zijn nieuwe omgeving.
Het is met naine deze wegingsfaktor geweest welke onze fraktie, die, na
diepgaand beraad tot de konklusie was gekomen de gedachte aan een ver-
trouwenscommissie voor Heemstede niet te ondersteunen, alsnog heeft
doen besluiten te participeren in een in te stellen vertrouwenscommissie.
In feite derhalve geen voorstander van de ideej maar wel loyaal willen
meedoen, toen bleek dat een dergelijke commissie door de beide andere
frakties in hoge mate werden voorgestaan, met uiteraard daaraan verbon-
den de verzekering betreffende onze volledige medewerking aan een goed
funktioneren.
Het ambt en de positie van burgemeester in onze gemeenschap zijn belang-
rijk genoeg om dit gebaar te maken.
Daarnaast erkennen wij natuurlijk ook de omstandigheid dat de raad de
vrijheid heeft om met kandidaten in overleg te treden en tevens op welke
wijze dit kan geschieden. Het nut van sollicitatiegesprekken wordt door
ons - ik heb het eigenlijk al gezegd - niet ontkend. Want, met behoud
van de eigen verantwoordelijkheid van coinnissaris en minister, zal aan
