30 november 1973
318
De heer Arnoldy spreekt ook over de beleiasintentie die tossen de frak-
ties is afgesproken met betrekking tot de bereidheid om eigen gemeente-
lijke middelen aan te spreken tot gehele of gedeeltelijke financiering
van meer aktiviteiten in het kader van het welzijnsbeleid. Spreker zou
graag van de heer Arnoldy willen vernemen of hij de passage die hij
daaraan wijdt, met name waarin hij ook de mogelijke effekten van de om-
buigingsoperatie Bestek 81 noemt, voor het college nog wat zou kunr.en
verduidelijkenomdat binnen het college de idee bestaat dat Bestek 81
al bekend was ten tijde van het afspreken van deze beleidsintentie.
De heer Arnoldy heeft ook aandacht gevraagd voor de edukatietaak van
de gemeente op het gebied van het milieu. Spreker zegt toe dat inder-
daad op korte termijn een gedachtenwisseling zal gaan plaatsvinden bin-
nen de commissie milieu en volksgezondheid over het instituut "milieu-
controleurs"zoals dat is overeengekoraen in de beleidsintenties.
Een andere vraag van de heer Arnoldy heeft betrekking op het geweste-
lijk bureau milieubeheer en de door hem gesignaleerde stagnatie bij de
totstandkoming daarvan. Spreker denkt dat de heer Arnoldy al enigszins
op de hoogte is van wat hier de achtergronden van zijn. Hij zal er dus
niet al te uitgebreid op antwoorden, mede omdat op dat onderwerp nog
besprekingen in gewestelijk verband gaande zijn. Toch ontkomt men er
niet aan te konstateren dat na besluitvorming door de gewestraad in
1975 en besluitvorming door 4 van de 5 gemeenten ook nog in 1975, de
hoop gerechtvaardigd was dat in 1976, of in ieder geval toch zeer kort
daarna, het gewestelijk bureau milieubeheer tot stand zou kunnen komen.
Dat heeft helaas niet zo mogen zijn. Ondanks een positief principe-be-
sluit van de gemeente Haarlem om tot overdracht van milieutaken te komen
is de effektuering daarvan nog niet mogelijk gebleken, met name op
grond van de, overigens niet onbegrijpelijke, zware beslissing die de
gemeente Haarlem moet nemen met personele konsekwenties ten aanzien van
eventueie overdracht van het bureau miiieubeheer van de gemeente Haariem.
Aan de andere kant, dat is iets triester, heeft de gemeente Bloemendaai
in de gemeenteraad wei een diskussie gehad over deze materie, maar heeft
nog niet kunnen komen tot een positieve besluitvorming over het overdra-
gen van bepaalde milieutaken. Overigens heeft het college in de memorie
van antwoord over deze materie ook al iets geantwoord. Hij meent dat
eventueel verdere vragen over dit punt beter morgen aan de orde kunnen
komen.
De heer Arnoldy meent gekonstateerd te hebben dat volksgezondheid een
stiefkind is bij het gemeentelijk beleid. Hij voert daarvoor aan dat
slechts 2% van de uitgaven aan dat hoofdstuk zijn toebedeeld. Spreker
wijst erop dat slechts 2l van de uitgaven geen maatstaf kan zijn voor
de mate waarin sprake is van aandacht voor het volksgezondheidsbeleid
Het is, wellicht helaas, nog steeds zo dat de belangrijkste uitgaven
van de overheid op het gebied van de volksgezondheid zich niet afspe-
len via het gemeentelijk vlak, maar zich rechtstreeks afspelen via het
vlak van de rijksoverheid rechtstreeks naar de insteliingen op het ge-
bied van de volksgezondheid. Hoe het in de toekomst met de volksgezond-
lieid zai gaan, met name als raen kijkt naar het wetsontwerp gezondheids-
voorzieningen van de vorige staatssecretaris van volksgezondheid, is
thans nog niet aan de orae. Mêt de heer Arnoldy is hij overigens van
mening dat het punt voorlichting op het gebied van de volksgezondheid
G.V.O. - gezondheidsvoorlichting en -opvoeding en T.G.V.O. - tandheel-
kundige gezondheidsvoorlichting en -opvoeding - inderdaad opnieuw bij-
zondere aandacht zal'moeten vragen van ons alien.
Er zijn op dit punt in het verleden wel degelijk pogingen ondernomen.
plan.