433
14 december 1973
deren daarvan. Spreker weet dat 1n het industriële bedrijfsnebeuren de-
ze zaken veel tijd kosten, goed moeten worden begeleid en zéer welover-
wogen moeten worden geinterpreteerd. Men zal er niet aan ontkomen dat
dan ook weer blijkt dat er nog wel wat klachten overblijven. Hij wil plei-
ten voor het instellen van een projektgroep die deze zaken gaat aankaar-
ten. Zelfs gaat het college nog zover dat ze ook ten aanzien van het sa-
menstel len van de benodigde kapaciteiten een overzicht heeft gegeven van
wat aaarvoor komt kijken. Spreker vindt het een loffelijke poging; hij
hoopt dat het gaat lukken binnen wat door het college is gedacht.
Spreker meent dat uit het voorgaande duidelijk zal zijn dat zijn'fraktie
instemt met de onderhavige nota.
Ook de fraktie van de heer Arnoldy wil haar vreugde uitspreken over
het totstandkomen van deze nota, met een duidelijke hulde aan de samen-
stellers, omdat die eigenlijk het hele veld van aangelegenheden die be-
trekking hebben op personeelsbeleid in principe raakt.
Inzake de pre-pensioneringsaktiviteiten beveelt spreker gaarne bij voor-
baat aan om, als dit te zijner tijd in werking treedt, niet alleen de
betrefiende ambtenaar hierbij te betrekken maar ook zijn of haar echt-
genote/echtgenoot, ondat beide partners immers aan hetzelfde proces vol-
iedig deelnemen.
Zijn fraktie juicht de totstandkoming van deze nota toe. Zij wil er di-
rekt aan verbinden dat het bij de behandeling van deze nota juist is ge-
bleken dat in de loop van de zomer tot inrichting van een commissie per-
soneeIsaangelegenheden is besloten, zodat deze nota in dat kader in een
vrij levendige en goede diskussie is behandeld. Hij geiooft dat dit ook
een bijdrage îs tot een goed resultaat van dit werk. Zij ziet de konkre-
te învullmg van de diverse hoofdstukken met bijzondere belangstel 1 ing
tegemoet en wil daarbij graag aantekenen dat zij verwacht dat ook bij
die învulling de hoofdzaken in de commissie personeelsaangeleqenheden
aan de orde gesteld zullen worden.
Ook de fraktie van de heer Ueeteling begroet met instemming de komst
van de nota personeelsbeleidcfie zij ziet als een vervulling van een
reeds lang door haar gekoesterde wens.
In liet algemeen wil zij stellen dat men hier te doen heeft met een goe-
de n°ta, waarin op duidelijke en overzichtelijke wijze wegen worden aan-
gegeven waarlangs uiteindelijk tot een modern eigentijds personeelsbe-
leid kan worden gekoinen. Deze nota vormt in haar ogeri als het ware de
inleiding tot een ontwikkeling die sprekers fraktie bijzonder aanspreekt.
erugblkkend op de arbeidsverhoudingen zoals die zich vanaf de tweede
helrt van de vorige eeuw tot op heden hebben ontwikkeld, rierkt spreker
op dat door de opkomende industrialisatie totaal andere arbeidsverhoudin-
gen ontstonden, waarbij de voordien vaak beschermde faktor arbeid de
speelbal werd in het zo geheten vrije spel van de maatschappelijke krach-
ten. Men mag ook wel spreken var. een bijzonder tragische episode in de
geschiedenis van de arbeid. Geleidelijk aan echter ontstond een andere
overtuiging - overigens vaak afgedwongen - dat aan deze toestand van vol-
slagen rechteloosheid een einde moest worden gemaakt. De veranderingen
die toen plaatsvonden zijn voor liet grootste deel door de werknemers
zeli bereikt doordat men zich steeds hechter ging organiseren in vakoraa-
msaties. a
Hadat de positie van de werknemer in toenemende mate werd verstevigd door
een stelsel van sociale wetten bleven nochtans in de traditionele rela-
tie werkgever-werknemer detegengestelde belangen gehandhaafd. De laatste
ontwikkelingen echter getuigen van een nieuwe dimensie, waarbij meer en