4e afd.
25 januari 1979
b. het bedragdat overeenkomstig het krachtens artikel 55bis der wet
per leerling vastgestelde bedrag in verband met het geraiddelde aan-
tal leerlingen der scholen over 1977 beschikbaar is gesteld voor de
sub a bedoelde uitgaven voorlopig vast te stellen op 740 x f 347,18
f 256.913,20;
c. het verschi1 tussen de in sub a en b genoemde bedragen voorlopig
vast te stellen als volgt:
het bedrag sub a is f 70.650,42 meer dan het bedrag sub b;
d. op grond van de besluiten van 28 november 1974, nr. 16, 28 november
1975, nr. 130, 16 december 1976, nr. 157, 26 januari 1978, nr. 4 en
van dit besluit de totalen van de sub a en b bedoelde bedragen over
de jaren 1973 tot en met 1977 voorlopig vast te stellen als volgt:
Jaar
Bedrag
werkelijke uitgaven
Beschikbaar
gesteld
Gemiddeld aantal
leerlingen
1973
f
146.473,50
f
146.275,89
708 2/3
1974
184.895,79
184.277,31
697 1/3
1975
234.352,08
233.869,60
740
1976
297.061,05
237.601,65
751 1/3
1977
327.563,62
256.913,20
740
f
1.190.346,04
f
1.053.937,65
3637 1/3 5
727 7/15
e. de overschrijdir.g per leerling over de jaren 1973 tot en raet 1977 voor-
lopig vast te stellen op f 1.190.346,04-f 1.058.937,65=f 131.408,39
727 7/15 f 180,64.
HEEMSTEDE, 25 januari 1979.
De raad voornoemd,
De voorzitter,
De secretaris,
5
II
II
II
II
II
II
II
II