30 mei 1979
163
gesteld standpunt moet verdedigen, ziende de belanger, van de omliggen-
de geiaeenten. De burgemeester van Haarlem kondigt daarbij aar, daL dit
best kan Spreker heeft groot respekt voor die stedebouwkundige dat
hij dat zo goed kan, maar hij denkt dat als de belangen elkaar zouden
raken of in strijd met elkaar zouden zijn, het voor die stedebouwKun-
diqe erg moeilijk is het geweststandpunt geheel naar de richting van
de belangen van de randgemeenten ten opzichte van de grote centrumge-
meente te verdedigen. Dat is de reden dat zijn fraktie het nodig vind:
dat de wethouder in dit belangrijke werk begeleid wordt door een eigen
stedebouwkundige man of dienst die hem kan adviseren en begeleiden.
Zijn fraktie is dus niet var, mening dat de externe adviseur niet n,eer
nodig is in Heemstede. Zij is realistisch genoeg om te wecen dat de
qrootte van onze gemeente een dergelijke situatie vermoedeligk niet kar,
qedoqen. Dat wil niet zeggen dat zij dus voor twee diensten piei., aan
de ene kant de dienst van de externe adviseur in de volle omvang waarop
het thans ook geschiedt en aan de andere kant het eigen apparaat. Zij
ziet dat meer in het verlengde van elkaar liggen, enerzijds on permane.nu
technisch aanwezig te kunnen zijn, terwijl hec anderzijds zo is da^ <.e
kombinatie met andere gemeenten alleen geplaatst is în de optie< van .e
financiële konsekwenties. Zijn fraktie heeft daar geen uitgewerxtjdee
overBij haar zit alleen de zorg voor dat als men ai deze oncieie
werkgroepen - ambtelijk en bestuurl ijk-aan het werk ziet en men neemc
waar dat de wethouder uitsluitend vertegenwoordigd kan zijn in de krmg
van de Kennemerraad en in de daar opererende commissies, dan s
bang dat er over ons bestuurd gaat worden. Dat was de basis van haar op-
steilinq. Zeer belangrijk vindt zijn fraktie de dreiging van de centra e
vervoersas Hoofddorp-Cruquius-Heemsteedse DreefZu vraagt zich q. welke
kaders er te vinden zijn waarin we krachtig genoeg cns woord kunnen laten
horen anders dan alleen in het gewest. Spreker acht het toch mogelijk dat
Heemstede in de technische denkwerelden kan binnenkomen, a.s nei. caar zou
kunnen zijn en als het er de mensen voor had.
Spreker is wethouder Jager erkentelijk voor zijn reaktie rnzake de samen-
hang van de welzijnssektor met de andere beleidssektoren. Sprekers fra<-
tie is bepaald niet tegen die samenhang als die van tevoren wordt over-
eengekomenmaar dan zag zij diezelfde samenhangclausule ock gaarne rnge-
vuid op andere beleidssektoren als daar is bijvoorbeeld economische zaken.
De heer Van Emmerik kan instemmen met de gedachte van ce voorzitter
om in de commissie voor algemene bestuurszaken de kwestie van e.ficient
verqaderen ten aanzien van de raaasvergaderingen aan de orce te Suellen.
Spreker stemt er ook mee in dat de voorl ichtingsaspekten terugrccmen m de
commissie voor aigemene bestuurszaken. Hij neemt aan dat ook de voor.icn-
ter daarbij aanwezig zal zijn.
Inzake de kwestie van de wijkagent is spreker het ermee eens dat wat ook
het resultaat is van het onderzoek dat op landelijk niveau piaatsvmdt,
er nog altijd aan het eventueel invoeren van zo'n instituut, eer, Heetnsceeds
aspekt kan zitten en dat we dat ook zelf moeten bekijken. Spi ekei is ver
heuqd over de instemming met zijn idee om de beleidsplannmg oo< via ae
voorlichter begrijpelijk te maken. Hij is het eens net de reaxtie van de
wethouder op de opmerkingen over projekten als afrikaantjeskerstbom-,i
enzovoort. Wat betreft de opmerking over de roofbouw waarbij de wethou-
der zo sportief was de bal terug te spelen, zegt spreker dat h.ij ook m
zijn algemene beschouwingen er af en toe op gewezen heeft dat er aan ,e
kant van de raad ook wel iets mankeert. Hij heeft echte-niet begrepen
wat de wethouder heeft gezegd over de herbezinning op de vorig jaar ge-
vraagde nota's.