30 mei 1979
155
maar ook dat, voordat het college met zijn standpuntbepaling naar bui-
ten komt, het een goede zaak zou zijn dat er niet alleen sprake is van
informatie maar ook van overleg met betrokkenen.
Spreker meent dat de meerderheid van de raad over de S19 een iets andere
uitspraak heeft gedaan dan de wethouder naar voren bracht. Deze meerder-
heid heeft niet gesteld dat de S19 er te allen tijde moet komen, maar
dat de mogelijkheid voor de S19 opengenouden moet worden, maar dan wel
in verband gebracht met een vereiste dat men eraan moet stellen, nameiijk
dat die S19 dan ook werkelijk deel zou kunnen uitmaken van eer, sluitend
rondwegenstelsel dat blijvend ontlastend werkt ten aanzien van de ver-
keersdruk binnen Heemstede.
Inzake het bureau Stad en Lar.dschap merkt spreker op dat toen het ODRP-
rapport ter sprake kwam, wethouder Willemse heeft gezegd: laten we er nu
niet over praten, ook niet over de mogelijkheden van een intergemeente-
lijk bureaulaten we maar wachten op het rapport van ODRP. Over de mate
waarin wij gebruik moeten maken van externe bureaux zullen we moeten gaan
praten nadat het rapport is uitgekomen. Wat sprekers fraktie betreft kan
het idee van een intergemeentelijk bureau nu al van de tafel geveegd wor-
den. Wat betreft de onderwijsproblematiek is het duidelijk dat de argumen-
ten die op tafel zijn gelegd alleen betrekking hebben op de onderwijstech-
nische kant van de zaak. Het personeelsbeleid is hier echter nadrukkeiijk
aan de orde. Het gaat er 'nu om of er wel of niet mensen worden ontslagen
en dan vindt spreker het niet juist om alleen maar naar de inhoudelijke
kant van het onderwijs te kijken. Men moet het personeelsaspekt er ook bij
betrekken. Zijn fraktie vindt het ook een vreemde zaak dat nu, zonder dat
daar harde argumenten voor op tafel gelegd kunnen worden, gezegd wordt
dat de kleuterhelpsters weg moeten en vervangen moeten worden door kleu-
terleidsters. Het is niet zo dat die kleuterhelpsters niet hebben voldaan,
integendeel, vanuit het onderwijsveld v;ordt ook gezegd dat men hen node
zal missen en daarom vraagt spreker: waarom moet dat plotsklaps zc gebeu-
ren? Als men gaat stellen dat als het instituut kleuterhelpsters wcrdt op-
geheven, men er toch wat tegenover moet stellen, dat men dat moet kompen-
seren, dat men een gebaar moet maken, dan vraagt spreker of men op deze
manier door dit soort termen te hanteren een stuk onderwijsbeleid van de
grond moet krijgen. Het is hem ook opgevallen dat de C.D.A.- en V.V.D.-
fraktie overhet ontslaan van de administratieve krachten in hun algemene
beschouwingen niets hebben gezegd. Ook dat vindt hij een vreemde zaak.
Die administratieve krachten zijn pas eer, jaar geleden aangesteld. De
wethouder gebruikt dat als argument om ze dan nu maar weer te ontslaan.
Spreker vindt het in wezen onfatsoenlijk om, als men een jaar geleden
dat besluit heeft genomen, ze nu weer de laan uit te sturen. De wethou-
der zegt dan dat de schoolhoofden een jaar geleden ook zonder die admi-
nistratieve krachten konden, zodat ze dat nu ook kunnen. Dan begrijpt spre-
ker niet waarom de raad vorig jaar het besluit heeft genomen om die adrai-
nistratieve krachten aan te stellen; dat moet dan een vreemd besluit zijn
geweest. De wethouder heeft voorts gesteld dat de schoolhoofden tochde
drie schooltijden voor het lager onderwijs behouden en dat de part-time
leerkrachten het administratieve werk toch ook kunnen doen. Spreker meent
dat dit natuurlijk mogelijk is maar dat het het vreemde zaak is dat als
men op een school.meer onderwijskrachten aanstelt, hen dan typewerk en
dat soort zaken laat doen.
Tenslotte zegt spreker dat de uitnodiging van de voorzitter tot een nader
kontakt met de partijen zijn fraktie zeer aanspreekt. Zij zal dat binnen
haar gelederen bespreken.
Wethouder Baar zegt de heer Arnoldy toe dat als in de toekomst eén or