4e afd. 31 mei 1979 57 VOORBEREIDING HERZIENING BESTEMMINGSPLANNEN De raad van de gemeente Heemstede; gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 15 mei 1979; gelet op artikel 21 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening; BESLUIT I. te verklaren dat een herziening van het bestemmingsplan wordt voor- bereid voor de volgende terreinen, welke zijn aangegeven op de bij dit besluit behorende kaart; 1. een gedeelte van de terreinen gelegen ten westen van de spoorlijn, ten noorden van de Zandvoortselaan; 2. de terreinen ten noorden van de Glipper Zandvaart, welke zich van de Ringvaart af in een strook van een breedte van 110 meter uitstrekken in noordoostelijke richting tot aan de zuidwestelijke grens van het bestemmingsplan "Glip I"; 3. de terreinen ter weerszijden van de Prinsenlaan, voorzover gele- gen in de nog van kracht zijnde herziening 54 van het bestemmings- plan; 4. de terreinen ten noorden van de Kerklaan, ten oosten van de Burge- meester van Lennepweg, ten zuiden van de Koediefslaan en ten wes- ten van de Blekersvaartweg; 5. de terreinen in het gebied hetwelk in hoofdzaak wordt begrensd door de Nijverheidsweghet Heemsteeds Kanaal, het Spaarne, de Cruquiusweg en de grens van het bes.temmingsplan "Industrieterrein ten noorden van de Cruquiusweg"voorzover deze gronden nietzijn opgenomen in het bestenmingsplan "Natuurgebieden" 6. de terreinen, waarvoor van kracht is het bestenmingsplan "Plan Glip II", vastgesteld bij zijn besluit van 26 maart 1964, nr. 43. II. te bepalen dat het verboden is binnen de onder I bedoelde gebieden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burge- meester en wethouders (aanlegvergunning) de navolgende werken geen gebouwen zijnde, of werkzaanheden uit te voeren, te doen of te laten uitvoeren, éên en ander met uitzondering van nornale onderhoudswerk- zaamheden: a. ontginnen; bodem verlagen of afgraven; ophogen; egaliseren; scheu- ren van grasland; b. het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen; c. 1. buiten de erven van bedrijfsgebouwen en woningen; het opslaan, deponeren, lozen of storten van al dan niet afge- dankte of aan hun oorspronkelijk gebruik onttrokken voorwerpen, stoffen of produkten, alsmede het aanleggen of inrichten van opslag-, stort- of bergplaatsen, behoudens voorzover êén en an- der noodzakelijk is: -3-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1979 | | pagina 13