4e afd.
30 augustus 1979
VERGOEDING LEDEN WELSTANDSCOMMISSIE
84
Heemstede, 8 augustus 1979.
Aan de raad,
Ingevolge artikel 12 van de Verordening Welstandscomnissie gemeente
Heemstede, vastgesteld bij uw besluit van 26 februari 1976, nr. 30,
ontvangen de ieden van de Welstandscommissie een vergoeding voor het
bijwonen van de vergaderingen en voor daartoe noodzakelijk te maken
reiskosten; deze vergoeding wordt door u vastgesteld.
De vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen werd - ingevolge
de toen geldende verordening op de Welstandscommissie - laatstelijk
vastgesteld bij uw besluit van 27 april 1967, nr. 63 en wel op f 60,
per vergadering.
In oktober 1976 heeft de secretaris van de Welstandscommissie gevraagd
het presentiegeld te verhogen. Met het oog op de artikelen 64g en 64h
van de gemeentewet, welke in werking zijn getreden op 1 december 1976,
hebben wij met een voorstel aan uw raad gewacht. Volgens artikel 64g
wordt de vergoeding voor niet-raadsleden van gemeentelijke commissies
door de raad vastgesteld naar bij algemene maatregel van bestuur te
stellen regelen; op grond van artikel 64h kan de raad in bepaalde ge-
vallen, aan te geven in een algemene naatregel van bestuur, een hogere
vergoeding vaststellen. Wij zijn van mening dat ten aanzien van de ar-
chitekt-leden van de Welstandscommissie een hogere vergoeding zeker
gerechtvaardigd is. Laatstbedoelde algemene maatregel van bestuur is
evenwel nog steeds niet verschenen en zal blijkens onlangs verkregen
iniichtingen ook niet binnenkort verschijnen. Het is trouwens ook niet
geheel zeker of de Welstandscoraiissie wel zai worden gerekend tot de
commissies waarvoor die maatregel van bestuur zal worden vastgesteld.
Wij zijn van mening dat thans niet langer met het vaststellen van het
presentiegeld voor de leden van de Welstandscommissie kan worden ge-
wacht. Over de jaren 1976 en 1977 is aan de architekt-leden bij wijze
van voorschot een presentiegeld van f 100,per zitting uitbetaald;
sedert 1 januari 1978 bedraagt het voorschot f 125,per zitting.
Wij stellen u voor de vergoeding voor het bijwonen van de vergaderin-
gen voor de architekt-leden over de jaren 1976, 1977 en 1973 te bepal^en