276
gebouw. De toevoer tot de overige leidingen in het gebouw zal dan in de
keuken moeten worden afgesneden. Tot de technische mogelijkheden behoort
verder het aanbrengen van een provisorische ieiding vanuit de keuken naar
het dichtstbij gelegen toilet op de benedenverdieping, van welk toilet de
afvoeren nog intakt zijn. De kosten van het afsnijden van de overige lei-
dingen kunnen worden verwaarloosd, die zullen gering zijn, terwijl de kos-
ten van het aanbrengen van een provisorische leiding van de keuken naar
het toilet op ongeveer f 1.000,-- kunnen worden begroot.
Het antwoord op de derde vraag luidt dat dit juist is. De vierde vraag
beantwoordt het college als volgt: de beweegredenen van de meerderheid van
het college, bestaande uit de voorzitter en de wethouders Willemse en
Reeringh, zijn de volgende. In de eerste plaats voldoet de waterinstalla-
tie niet aan de daaraan te stellen eisen. In de tweede plaats, ook al zou
de waterinstallatie hieraan voldoen, zou nog geen water geleverd hoeven
te worden omdat op grond van jurisprudentie de gemeente niet verplicht is
in dit geval water te leveren aan personen die een pand van de gemeente
wederrechtelijk in gebruik hebben genomen. Deze wederrechtelijke ingebruik-
name is voor twee leden van de meerderheid van het college, waar spreker
nog steeds over spreekt, een reden om ook geen provisorische maatregelen
van gemeentewege te treffen. Voor het derde lid van de meerderheid van het
coliege is het pand zodanig ongeschikt voor bewoning dat het niet verant-
woord is door provisorische maatregelen mee te werken aan kontinuering van
de bewoning.
De minderheid van het college, bestaande uit de heer Jager en spreker
staat op het standpunt dat water dient te worden geleverd tot bir.nen de
keuken van het gebouw, onder gelijktijdige afsluiting van de toevoer tot
de overige leidingen. Verder menen zij dat het aanbrengen van een provi-
sorische leiding naar het dichtstbij gelegen toilet op de benedenverdieping,
voorzover door de aanvragers gewenst, moet worden toegestaan onder voor-
waarde dat de kosten daarvan door de aanvragers worden gedragen.
De minderheid van het college baseert haar standpunt op de volgende overwe-
gingen. In de eerste plaats is water een primaire levensbehoefte. De vraag
of tot levering van water moet worden overgegaan mag in het onderhavige
geval slechts afhankelijk worden gesteld van de toestand waarin de desbe-
treffende installatie zich bevindt. In de tweede plaats kan een tappunt
in de keuken worden verkregen zonder noemenswaardige kosten. In de derde
plaats staat het voor hen niet onomstotelijk vast dat op grond van de
jurisprudentie niet tot de door hen beoogde levering van water behoeft te
worden overgegaan.
Op vraag 5 wil het college als volgt antwoorden. In de eerste plaats zal
naar de mening van het college de alarminstallatie hersteld moeten worden.
Daarnaast zullen adekwate maatregelen moeten worden getroffen en ook maat-
regelen die hopelijk meer adekwaat kunnen zijn dan die voorheen waren ge-
troffen, zoals het dichtspijkeren van het gebouw. Het dichtspijkeren van
het gebouw zal zeker §én van de maatregelen zijn, maar waarschijnlijk zul-
len ook andere maatregelen moeten worden overwogen, teneinde te bereiken
dat het pand wordt gevrijwaard van verdere vernielingen. In ieder geval
zal het college zich weer op dit onderwerp gaan beraden.
De heer Van Amerongen wil voor alle duidelijkheid stellen dat het van-
avond niet gaat om de vraag of het kraken van een pand wel of niet of
soms wel en soms niet aanvaardbaar is te achten. Het gaat nadrukkeiijk om
de vraag of het gemeentebestuur de juiste richting opgaat als het besluit
in een geval als het onderhavige, af te wijken van een regel dat een ie-
der in principe op de gemeentelijke waterleiding kan worden aangesloten.
Sprekers fraktie is van oordeel dat de bewoners van Meerzicht water gele-
27 septetnber 1979