4e afd. 31 januari 1930 10
Bij de opzet van het experiment is met dit aspekt onvoldoende rekening
gehouden. Ook uit de met de plaatsing van een t.a.p.-kracht opgedane
ervaringen is dit belang naar voren gekomen.
Voorts zijn wij van mening dat het van groot belang is een voorziening
te treffen welke mede de betreffende funktionarissen van de afdeling al-
gemene zaken en onderwijs ontlast van meer eenvoudige, doch tijdrovende
administratieve werkzaamheden voor Het Oude Slot.
Op grond van dit alles menen wij dat het voorzien in de administratieve
taken een voorwaarde is voor een verantwoorde voortgezette exploitatie.
Of dit echter een kracht voor 50% dient te zijn, staat voor ons thans nog
niet vast; derhalve stellen wij u voor in te stemmen met de aanstelling
van een administratieve kracht voor 3 halve dagen per week. Indienstneming
zou moeten plaatsvinden na beëindiging van de t.a.p.-regeling.
Indien na verloop van tijd zou blijken dat deze oplossing onvoldoende sou-
laas biedt, zal t.z.t. in het kader van de beleidsplanning bezien moeten
worden of uitbreiding mogelijk is.
7. Bij de ingebruikneming van Het Oude Slot als cultureel centrum zijn een
aantal voorlopige brandveiligheidsvoorzieningen getroffen. De commandant
van de brandweer heeft geadviseerd bij een voortgezette exploitatie een
nood- en transparantenverlichtingsinstallatie aan te brengen opdat bij het
wegvallen van de netspanning een oriëntatieveriichting van voldoende niveau
aanwezig blijft en de vluchtwegen herkend kunnen worden. Voorts adviseert
hij een rookmeldinstallatie aan te brengen, waardoor een redelijke kans
wordt geboden om een begin van brand in het brandbare gebouw in de kiem te
smoren. Het aanbrengen van brandwerende bekleding acht de commandant in
het monumentaie gebouw niet mogelijk. Wij achten het gewenst de geadviseer-
de voorzieningen na beëindiging van de experimentele fase te treffen en
zullen u na het inwinnen van adviezen over de wijze van uitvoering en de
daaraan verbonden kosten om beschikbaarstelling van een krediet vragen.
8. De verschi1lende door de beheerscommissie aanbevolen bouwkundige voorzie-
ningen en voorzieningen m.b.t. de inrichting zullen ôf binnen de jaarlijk-
se begroting op basis van meerjarenplannen moeten worden opgevangen 6f ter
diskussie komen via aanmelding van projekten in het kader van de beleids-
planning.
9. Indien het bij voortzetting van de fiImvoorstellingen in het seizoen 1930/
1981 nodig mocht blijken te zijn dat een filmprojektor wordt aangeschaft,
dan dient dit naar ons oordeei binnen de normale begroting opgevangen te
worden. .4.