55 23 februari 1930 bovendien is het te betreuren omdat, als de dienst wordt ingeschakeld er tevens voorlichting verschaft kan worden over hoe men dit soort za- ken in de toekomst kan voorkomen. Spreekster vraagt of het niet een goede zaak zou zijn in een periodeals deze, waar duidelijk sprake is van overlast, door middel van een extra publikatie in de lokale pers nog eens de aandacht te vestigen op de moge- lijkheid om zich voor dit soort problemen rechtstreeks tot de gemeente- lijke reinigingsdienst te wenden. Wethouder Baar is bereid deze zaak in overieg met de diensten te be- kijken, waarbij bekeken kan worden wat extern hieraan gedaan kan worden. Bootvluchtelingen. De heer Borghouts merkt op dat in oktober in deze raad aandacht is be- steed aan de problemen van de bootvluchtelingen, waarbij wat suggesties werden aangereikt, met name om het regionaal te bekijken. Hij zou nu graag van het college horen wat het in de tussentijd, die nu vier maanden is, met de suggesties die zijn aangereikt heeft gedaan. Wethouder Jager antwoordt dat het college in die raadsvergadering heeft toegezegd dat het zich in regionaal verband ook nader zou beraden. Dat is inderdaad gebeurd. Het is nu twee maal in de kring sociale zaken en volks- huisvesting van het gewest aan de orde geweest en thans is na de diskus- sie in die kring tussen de portefeuillehouders vastgesteld dat er in prin- cipe mogelijkheden zijn wat betreft de opvangkant van de bootvluchtelin- gen, dus dat thans eenduidig de vraag op tafel ligt: zijn de gezamenlijke gemeenten in Kennemerland bereid om ondanks de grote woningnood voor eigen mensen al dan niet één of meer woningen ter beschikking te stelien van de- ze kategorie. Vanuit de kring sociale zaken en volkshuisvesting zal nu de vraag naar de afzonderlijke colleges van burgemeester en wethouders wor- den teruggespeeld om na te gaan in welke mate de verschillende gemeenten daartoe al dan niet bereid zijn. Het streven is er nog steeds op gericht het antwoord op die vraag op tafel te hebben vöôr 1 april van dit jaar, omdat vrijwel zeker tegen die tijd een grote stroom van de bootvluchte- lingen de eerste opvangcentrawaarin ze zijn opgevangen vanaf het moment van binnenkomst in ons land, zullen gaan verlaten. Verontreiniging door hondenuitwerpselen. De heer Borghouts is van mening dat de hoeveelheden hondenuitwerpselen op de openbare ruimten de grens van het toelaatbare overschrijden. De voorzitter kan dit niet ontkennen. Er zal hieraan meer aandacht ge- geven moeten worden. Afscheid raadsiid Huijbregts. De voorzitter brengt naar voren dat de raad voor de tweede keer voor de situatie staat dat één van de destijds aangetreden nieuwe raadsleden gaat vertrekken. Spreker heeft van de heer Huijbregts een brief ontvangen, luidende als volgt: "Hoewel ik onder uw voorganger tot de gemeenteraad ben toegelaten, is mijn aanwezigheid in het Heemsteedse politieke leven nog maar van korte duur. Daarom betreur ik het ten zeerste u te moeten me- dedelen wegens persoonlijke omstandigheden mijn werk in de gemeenteraad niet langer te kunnen voortzetten. Het werken in de Heemsteedse raad heeft mij altijd veel genoegen verschaft, terwijl de problematiek door de relatie die zij heeft met mijn direkte woonomgeving mijn volle interesse kon genie- ten. Soms is het echter noodzakelijk het meer algemene belang te laten wij-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1980 | | pagina 30