28
zwaar tilt. zij gelooft ook voor de toekomst dat elke vorm die gekozen
zal worden in het kader van medezeggenschap, zij zich steeds zal stellen
in een positie dat de georganiseerden en de niet-georganiseerden geen
voorrangs- of nadeelspositie ten opzichte van elkaar mogen innemen, in
welk opzicht dan ook.
Wethouder Reeringh antwoordt dat het college van mening is dat nu ertoe
kan worden overgegaan het voorstel, dat de vertegenwoordiging van de geor-
ganiseerden en niet-georganiseerden behelst, nogmaals in de commissie voor
georganiseerd overleg naar voren te brengen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten dit stuk voor kennisgevinq
aan te nemen.
12. Brief Van een aantal bewoners van de Professor Asserlaan en omgeving
inzake een stuk braakliggend land aan de Professor Asserlaan.
Mevrouw Bierman vraagt hoe de eventuele ontwikkelingen zijn met betrek-
king tot het bouwlandje aan de Professor Asserlaan en of er al enig zicht
is op eventuele maatregelen die door de gemeente genomen zouden kunnen wor-
den om de problemen ter plaatse op te heffen.
Wethouder dager antwoordt dat het college al in november 1979 op deze
zaak enige aktie heeft ondernomen in de richting van de betrokken bouwer.
Het is echter ook zo dat er ten aanzien van dit soort zaken bepaalde proce-
dures dienen te worden gevolgd en het college is thans aan het afwegen wel-
ke procedure het beste gevolgd zou kunnen worden met het meeste succes.
Spreker is bereid daarover in een commissievergadering, als daar behoefte
aan bestaat, nader inzicht te geven.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten dit stuk om advies in handen
van burgemeester en wethouders te stellen.
13. Brief van de Stichting Internationaal Verzetscongres 1980, samenwerkend
verzet Nederland, houdende het verzoek om toekenning van een éénmaiiq
subsidie.
De fraktie van de heer Arnoldy wil een dergelijk verzoek van harte on-
dersteunen. Zij gelooft dat het van uitzonderlijk belang is dat. de opgroei-
ende generatie van tijd tot tijd eraan wordt herinnerd dat er kortgeleden
in ons land een periode is geweest waarbij mensen in onze samenleving zich
volledig wensten in te zetten voor het belang van een groep van ons volk
of van de vrijheid, in ieder geval met volledige opoffering van zichzelf.
Niet alleen het heroïke element daarvan speelt een rolmaar ook het ele-
ment van de projektie van dit gebeuren van jaren geleden op onze tegen-
woordige tijd, waarin men in toenemende mate moet vaststellen weer te ma-
ken te hebben met agressie, die destijds ook stond aan de basis van de ont-
wikkelingen als gevolg waarvan een verzetsorganisatie noodzakelijk werd.
Zij gelooft dat het nodig is dat de huidige en de komende generatie zich
blijvend verbonden voelen met die zaak en zich bewust zijn van de gevaren
die toenemende agressie in onze samenleving kunnen opleveren. Als gevolg
daarvan wil zij de intentie en het gebeuren van dit internationaal ver-
zetscongres van harte ondersteunen.
De heer Van Amerongen wil thans niet inhoudelijk ingaan op deze zaak,
omdat deze brief om advies in handen gesteld zal worden van het college.'
Gebruikelijk is dan om eerst dat advies af te wachten voordat er inhoude-
lijk op wordt ingegaan.
De voorzitter deelt mede dat het college zich voorstelt deze zaak in
28 februari 1980
