27 maart 1980
73
het college is.
De heer Arnoldy merkt op dat even in diskussie de mogelijkheid is
gekomen om het voorstel zoals het nu voorligt öf niet in behandeling te
nemen öf af te keuren op grond van de ervaring van andere gemeenten.
Hij gelooft dat het wel enig belang heeft om het toch te aanvaarden en
dan denkt hij daarbij aan de opvolgende aktiviteiten die tocn wel zullen
plaatsvinden. Dan vindt hij het redelijk om te verwachten dat daar dan de
stem van Heemstede ligt met betrekking tot die bereidheidsverklaring in
principe tot instandhouding van de kunstijsbaan. Die uitspraak is veran-
kerd door het goedkeuren van dit besluit. Als men dit zou terugtrekken
dan zou Heemstede in formele zin geen stelling hebben genomen. Op éën
punt lijkt dat misschien aantrekkelijk omdat men dan alle handen vrij-
houdt om in de toekomst weer anders te beschikken, maar hij gelooft niet
dat dit in overeenstemming zou zijn met de loyaliteit.
Wethouder Reeringh vindt het inderdaad materieel juist om ook vanuit
Heemstede een stem te laten klinken en even juist in formele zin, omdat
het nu eenmaal past in de afspraken die gemaakt zijn.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld, on-
der aantekening dat de heer De Jong geacht wenst te worden te hebben te-
gengestemd.
XIX. Subsidiëring emancipatie-aktiviteiten(volgnr. 48)
Mevrouw IJsselmuiden merkt op dat met ingang van 1 januari 1980 de tij-
delijke rijksbijdrageregeling ter stimulering van emancipatieaktiviteiten
in werking is getreden. Blijkens deze regeling is het in principe mogelijk
dat de gemeenten een bijdrage ontvangen in de door hen gemaakte kosten ten
behoeve van emancipatie-aktiviteiten, maar om voor deze bijdrage in aan-
merking te komen moet de gemeente vôôr 1 april 1980 een aanvraag indienen.
Haar fraktie spreekt haar waardering uit voor het college en in het bijzon-
der voor de portefeuillehouder waaronder emancipatie valt, voor het snelle
en effektieve beleid om tot een lijst te komen van emancipatie-aktiviteiten,
door alle organisaties die zich mogelijk met emancipatieaktiviteiten bezig
houden een verzoek te doen kenbaar te maken welke emancipatie-aktiviteiten
in de zin van de rijksbijdrageregeling door hen zullen worden uitgevoerd.
9 organisaties hebben op dit verzoek gereageerd en met deze 9 organisaties
is volgens artikel 27, lid 3, van de rijksbijdrageregeling overleg gevoerd
bij het opstellen van de lijst. Na dit overleg ligt nu het voorstel van
het college ter tafel om de gevraagde subsidie te verlenen voor de emanci-
patie-aktiviteit van deze 9 organisaties
Haar fraktie heeft zich goed beraden over de aktiviteiten door deze orga-
nisaties aangevraagd om aan de identiteit en de normen van de emancipatie-
aktiviteitenzoals genoemd in de tijdelijke rijksbijdrageregeling ter sti-
mulering van emancipatie-aktiviteiten te voldoen, namelijk het zelfbewust-
zijn ontwikkelen van vrouwen als individu en groep. Het kunnen leiden tot
doorbreking van rolbeperkingen voor mannen en vrouwen, het gericht zijn
op het veranderen van situaties waarin sprake is van een ongerechtvaardigd
verschil in behandeling tussen mannen en vrouwen, het gericht zijn op het
veranderen van de maatschappelijke strukturen en verhoudingen die belemme-
ringen en achterstanden voor vrouwen veroorzaken, waarbij de rijksbijdrage-
regeling ruimte biedt aan de organisaties om deze genoemde aktiviteiten ir.
zelf gekozen kaders uit te voeren.
Haar fraktie is tot de bevinding gekomen dat de emancipatie-aktiviteiten,
waarvoor de organisaties subsidie aanvragen, aan de normen genoemd in de
rijksbijdrageregeling voldoen zodat zij gaarne met het college-voorstel in-