239
26 juni 1980
zijde. Als de heer Van Itera vraagt in hoeverre dat bewonerscomité repre-
sentatief is, dan konstateert spreker dat de heer Van Itera de voorliqqen-
de stukken niet goed bestudeerd heeft, want daarin staat dat 23% van de
bewoners in die omgeving tegen de afsluiting is; die 23% bestaat uit 39%
uit de Lanckhorstlaan, 13% uit de Koediefslaan en 20% uit de Van Slinge-
landtlaan. Sprekers fraktie vindt dus het bewonerscomitë en een aanzien-
etlte v?n de ^ewoners aan haar zijde. Zij wijst het voorstel in
grote trekken af en schaart zich achter de wensen van de bewoners omdat
net în leder geval een eind maakt aan een onveilige situatie voor de fiet-
sers. Het îs een onlogisch kruispunt. Natuurlijk zal de afsluitinq alleen
voor het autoverkeer van toepaâsing zijn, niet voor de fietsers.
erder wil zijn fraktie daar het openbare erf herstellen. Daar horen al-
leen auto s die er thuishoren, dus alleen bestemmingsverkeer. Gezien de
uidige situatie vindt zij dat men dat erf moet teruggeven aan de bewo-
nërs het heeft geen funktie in de verdere planontwikkeling in de gemeen-
te. Het heeft geen funktie want het past volstrekt naar haar huidige op-
vatting in de derde fase van het verkeersstruktuurplan: de Koediefslaan,
net westelijke gedeelte, zal zelfs geen buurtontsluitingverkeer krijqen.
Als men verwijst naar het verkeersstruktuurplan en zegt dat er in het na-
jaar toch over gepraat gaat worden, dan zal het wel zo zijn, vanaf 1973
praat men erover, maar daar gaat het niet om. Sprekers fraktievoorzitter
heeft in mei van ditjaar nog gezegd dat de tijd van grote plannen maken
misschien wel yoorbij îs en dat men niet moet vergeten zaken daadwerkelijk
uit te voeren dle naar de huidige opvattingen al passen in toekomstiqe
mooie plannen. Zij denkt dat dit een heel goede gelegenheid is om dat toe
passen en het argument dat het college gebruikt, namelijk dat men eerst
nog maar eens de oplossing in het kader van het verkeersstruktuurplan moet
afwachten, îs op zijn minst een selektief argument te noemen, want hoe
komt het college er dan toe aan de raad voor te stellen het kruispunt
Adnaan Pauwlaan-Bronsteeweg-Pieter Aertszlaan wel vast aan te pakken
uat îs ook met zo maar een kruispunt, dat is ook vooruitlopend - het is
ook terecht naar haar idee - op het verkeersstruktuurplan
Het gaat om een woonbuurt en voor die woonbuurten heeft de raad in de eer-
ste en tweede fase van het verkeersstruktuurplan doelstellingen vastge-
steld. Een van die doelstellingen is het beschermen van woonbuurten waar
aat maar kan en als erdan vreemd verkeer is dan meent sprekers fraktie
lîlen dan °ok effektief moet gaan beschermen en niet met halfwassen maat-
regelen. In de verkeerscommissie is daartegen ingebracht dat het qeen
woonbuurt îs, want er staan scholen, een kerk en bejaardenoorden. Spreker
meent dat als een argeloos iemand de Koediefslaan binnenkomt, hij niet di-
rekt zal denken: wat een prachtig industrieterrein. Een serieuzer opmer-
king is weI dat in een woonbuurt een kerk, een school en een bejaarden-
oord thuishoort. Dat tast het karakter van een woonbuurt niet aan. En als
men dan ook kijkt naar de mensen die in die genoemde gebouwen zitten, dan
zijn ook die gebaat bij een aangenaam verpozen op het openbare erf, die
zijn er ook bij gebaat dat men daar zonder vrees voor autoverkeer kan ver-
blijven. Een ander plan waar de hele raad zich achter gesteld heeft is
het plan yoor het centrum. De raad heeft de toegangswegen van het centrum
vastgesteld en dat waren de Van Merlenlaan, Camplaan, Raadhuisstraat,
Raadhuisplein, Lanckhorstlaan, Kerklaan, Julianalaan en Zandvaartkade.
Daar vindt men de Koediefslaan niet bij. Als dan wederom in de commissie
tegen sprekers fraktie gebruikt wordt dat die weg moet openblijven omdat
nij als toe- en afvoerweg van de Binnenweg gebruikt moet worden, terwijl
f °ok zoiets wordt gesuggereerd door de V.V.D.-fraktie, dan vraaqt
spreker of de raad nog achter het besluit van 25 augustus 1977 staat.