25 september 1980 289
dat de spreiding van het onderwijs over de zuilen in deze gemeente
g°ed is. Hiermede is zijn fraktie het eens.
Een andere invalshoek is de kwaliteit van de akkommodaties die ter be-
schikking staan. Op een enkele uitzondering na is die goed tot zeer qoed
te noemen. In Heemstede zijn 14 kleuter- en 11 lagere scholen. Hiervan
moet de Crayenesterschool worden gerenoveerd, de Nic. Beetsschool zal
door meuwbouw moeten worden vervangen. De nieuwbouw van de Antonius-
school is bijna gereed en zal op 7 oktober a.s. in gebruik worden qeno-
men. Mocht er ooit gedacht zijn of worden een schoolgebouw te sluiten,
dan kan er geen aanleiding worden gevonden in de staat waarin ze nu ver-
keren. Wat dat betreft is er in ieder geval op het beheer niets aan te
merken.
Aan het opstellen van de konklusies in de nota hebben de volqende qeqe-
vens een bijdrage geleverd:
een prognose voor 1982 en 1985 van het aantai leerlingen per school
- de geografische spreiding van de lagere scholen;
- het aantal leerkrachten en het aantal beschikbare lokalen in 1982 en
1985
het vermoedelijk aantal kleuters per 1 januari 1982 en 1985
Ten aanzien van de prognose per school is zijn fraktie van mening dat
de uitkomsten daarvan met de grootste voorzichtigheid moeten worden ge-
hanteerdDit geldt te meer voor die jaren die verder in de toekomst
nggen. Men kan zich daarbij de vraag stellen waarom alleen 1985 na 1982
Jno? Denkbaar zou ook 21Ji geweest een trend aan te geven voor
1983 en 1934. Daarnaast blijft de onzekerheid over de juistheid van de
prognosecijfers even groot, omdat men nog geen ervaring heeft met het
toetsen van prognose-aantallen met de werkelijke aantallen en dan nog wel
per school. Zij is het dan ook eens met de opmerking in het raadsvoorstel
dat het met verantwoord is definitieve beslissingen te nemen op basis
vaneen zo verfijnde prognose. Sprekers fraktie konstateerde met enige
spijt dat de uitkoinsten van de prognose, die de gemeente Haarlem in op-
dracht van de gemeente Heemstede heeft vervaardigd, niet in volle omvanq
kon worden benut en dat daarnaast de prognose, opgesteld door de afdelinq
Planning en Wetenschappellijk onderzoek van het Centraal Bureau voor het
Kathohek Onderwijs van juli 1978, ook niet geheel bruikbaar bleek. Belanq-
riJk 21Jn °°k de hoofdstukken 7 en 8: konklusies en aanbevelingen
Met een gevoel van grote opluchting kan men vaststellen dat er niet ëên
desastreuze konklusie wordt getrokken in de nota. Wel zijn er enige wolken
aan de Heemsteedse onderwijshemelwaarvan de kleur de komende jaren qoed
în het oog moet worden gehouden.
Bij het opstellen van hoofdstuk 8, aanbevelingen, heeft de redaktiecommis-
sie zich gebaseerd op een aantal uitgangspuntenwaarvan het de moeite
waard îs er enkele te noemen.
- sluiting van een lagere school moet plaatsvinden, behoudens dispensatie
indien over een aaneensluitende periode van drie jaar, minder dan 75
leerIîngen die school bezoeken;
konkurrentie tussen scholen dient te worden voorkomen; de beste remedie
1s een evenwichtige spreiding van scholen, waardoor natuurlijke school-
grenzen ontstaan;
- nieuwe en gerenoveerde schoolgebouwen alleen in uiterste noodzaak buiten
gebruik stellen.
De schoiennota is in brede kring besproken. De bevoegde gezagen, de school-
raad, oudercommissiesschoolteams, S.A.B.D., de vereniging voor openbaar
onderwijs en de werkgroep onderwijs van D'66 Heemstede hebben schrifteliik
nota bek°mmentarieerd. De reakties van al deze geledingen en het kommen-
