III. Wanneer scKolen.
ITeneinde het aanpassingsvermogen van een medewerker in een nieuwe
situatie/functie te verhogen en het inwerk-proces te versnellen is
indiensttreding een introductieprogramiaa onontbeerlijk.
Deze kan bovendien een goede basis vormen voor een duurzame "liefde
op 't eerste gezicht"-binding.
Een verzoek van de medewerker zelf voor het volgen van een opleiding
moet worden gezien als een behoefte en dient positief te worden
benaderd, zelfs indien het een zaak van pure zelfontplooiing betreft.
3. Indien de noodzaak blijkt een bepaalde kennis te moeten bezitten t.b.v
het uitoefenen van een functie. dan dient te worden opgeleid; zelfs
als het slechts nuttig is voor de functie moet niet worden geaarzeld
te scholen.
4. Ook indien het voor een in de toekomst te vervullen functie nodig of
nuttijj lijkt zal vroegtijdig moeten worden geschoold.
Hierbij wordt gedacht aan zowel promotie-scholing (in het kader van
management development) als aan om- en bijscholen voor een andere
functie bij de gemeente Heemstede.
5. Verder zal moeten worden geschoold geruime tijd voordat iemand een
verandering van (arbeids)-omstandigheden ondergaatHierbij wordt
gedacht aan pensionering, aflceuring, e.d.
