VV\'V\V.-1
REACTIE VAN DE SIUURGROEP OP HET ONTVAXGFN COtfllENTAAR OP DE DISCÜSSIEKOIA
"MEUISCHE BEGELEIDING".
II. Politie
1. Blz. 5, punt V.B. behoort inderdaad "betaalpakket" te zijn; dit zal over-
eenkomstig worden gewijzigd.
2.7. De vraag in de vergelijking tussen het te bieden pakket van het G.A.K. en
de G.G. en G.D. is niet geweest welke instantie absoluut het meest kan
bieden, maar welke instantie het meest kan bieden in onze situatie en ge-
richt op önze wensen (in relatie tot bijvoorbeeld de sociale begeleiding)
Een en ander afgestemd op de te verwachten service en de daaraan verbonden
kosten.
In deze vergelijking kwamen noch G.A.K.noch G.G. en G.D. in aanmerking
naast de in de discussienota genoemde stichting B.G.D.
Vergelijking tussen de te bieden pakketten in detail tussen G.A.K.G.G.
en G.D. en B.G.D. is naar de mening van de stuurgroep een dennate gespe-
cialiseerde aangelegenheid, dat dit in deze nota alleen als beleidsuitgangs-
punt opgenomen kan worden.
Verdere uitwerking dient op ambtelijk niveau plaats te vinden.
Een vergelijking van de pakketten van de drie instellingen door de D.C. is
naar de mening van de stuurgroep dan ook buiten de orde (zie opm. 7 van
de D.C.).
Aangezien de D.C. geen verdere motieven aanvoert ter ondersteuning van de
keuze voor alternatief V.B. wordt dit niet door de stuurgroep overgenomen.
3. De gemeente-arts verricht op dit moment zowel alle gemeente-artstaken als
alle bedrijfsgeneeskundige taken.
Door inschakeling van een andere instantie is het mogelijk enerzijds een
taakverlichting van de gemeente-arts te bewerkstelligen, andetzijds de
bedrijfsgeneeskundige taken uit te breiden.
Aangezien bij alternatief V.C. de motieven reeds zijn weergegeven zal geen 1
aanpassing plaatsvinden.
4. Samenwerking tussen gemeente-arts en een andere (plaatselijke) arts stuit
op het bezwaar dat beiden een andere (hoofd)betrekking hebben en elkaar
dus moeizamer kunnen bereiken. Daarnaast zal bijvoorbeeld een huisarcs in
conflict kunnen komen met zijn taak als huisarts tegenover dié van bedrijfs-
arts. Een bedrijfsarts die werkt vanuit een instelling voor bedrijfsgenees-
kunde is daarentegen full-time beschikbaar en is volledig gericht op de
bedrijfsgeneeskundeDe bezwaren van de D.C. worden daarom door de stuur-
groep niet gedeeld.
5. Controfle bij ziekmeldingen wordt steeds meer ter discussie gesteld.
Aanget^oond is, dat stelselmatige controle na ziekmelding door de begelei-
dingsinstantie het ziekteverzuimpercentage eerder negatief dan positief
bemvloedt. Juist bij een laag ziekteverzuimpercentage geeft het blijk van
wantrouwen om elke zieke onmiddellijk vanuit de begeleidingsinstelling te
controleren.
Bovendien gaan steeds meer begeleidingsinstellingen ertoe over deze vorrn van
controle af te schaffen.
Zoals de discussienota reeds weergeeft op blz. 4 blijft de mogelijkheid
bestaan om in bijzondere situaties vanuit een dienst of afdeling zelf na
te gaan of iemand zich aan de afgesproken spelregels houdt.
De stuurgroep ziet dan ook geen aanleiding om de discussienota op dit punt
aan te passen.
6. De nota geeft aan een periodiek geneeskundig onderzoek van werknemers, die
ouder dan 40 jaar zijn; de D.C. stelt echter dat er bij de politie behoefte
bestaat aan een jaarlijks onderzoek van allen die ouder dan 30 jaar zijn.
Daarenboven een tweejaarlijks röntgenologisch borstonderzoek. Dit laatste
is sinds kort vanwege het Ministerie van Volksgezondheid voor de gehele
bevolking van Nederland opgeheven met als motief, dat het risico van de
vrijkomende straling bij het maken van de foto's groter wordt geacht dan
het risico van de aanwezigheid van T.B.C. De stuurgroep ziet geen aanleiding
af te wijken van dit standpunt en heeft dit onderzoek dan ook in het voor-
stel achterwege gelaten. Een periodiek geneeskundig onderzoek wordt ook
landelijk 1 x per twee jaar .als voldoende geacht voor medewerkers vanaf