30 oktober 1980 323
VI. 3e wijziging verordeninq begrafenisrechten. (volgnr. 109)
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stenming vastgesteld.
VII. Wijziging verordening welstandscommissie. (volgnr. 110)
Wethouder Willemse deelt mede dat de laatste alinea van het voorstel
1uidende: "Voor een verdere invulling van beleidsintentie nr. 23 bestaat
o.i. thans geen aanleiding" ten onrechte in de tekst is blijven staan.
Deze alinea dient dus te vervallen.
Mevrouw Noorman deeit mede gelukkig te zijn met het feit dat de wel-
standscommissie thans in openbaarheid gaat vergaderen. Zij vindt het een
goede zaak dat steeds meer stappen gezet gaan worden op de weg naar meer
openbaarheid. In de commissievergadering van enige tijd geleden ontstond
enige diskussie over artikel 7, lid 5. Naar aanleiding van de diskussie
over dit punt is in de commissie afgesproken dat na een jaar geëvalueerd
zou worden hoe het funktioneren van de welstandscommissie in openbaarheid
zou geschieden en hoe de uitwerking van lid 5 van artikel 7 in de prak-
tijk zou blijken te zijn. Spreekster is blij dat die evaluatie zal plaats-
vinden.
Mevrouw Van der Pas zegt dat het haar fraktie bijzonder verheugt dat
de welstandscommissie zo positief gereageerd heeft op het voorstel om meer
in de openbaarheid te vergaderen. Zij denkt ook dat de tijd voorbij is dat
de welstandscommissie een geheimzinnig instituut was dat zich in de ogen
van de burgers alleen maar bezig hield met het afkeuren van dakkapellen of
het niet toestaan van bepaalde schilderwerken. Zij is blij met deze deskun-
digheid in Heemstede en zij denkt ook dat deze verordening de burgers dich-
ter bij het werk van de welstandscommissie brengt.
Zijis ook verheugd met de mogelijkheid tot privacy die in deze verordening
is ingebouwd. Zij neemt aan dat de welstandscommissie daar een zeer zorg-
vuldig gebruik van zal maken.
Ook de fraktie van de heer Van Emmerik gaat akkoord met de openbaarheid
van de vergaderingen van de welstandscommissie. Spreker meent dat in arti-
kel 7, lid 5, het besloten maken van de vergaderingen op tweeërlei niet ge-
heel kongruente manier is geregeld. Er staat namelijk in lid 5: "De verga-
deringen worden in het openbaar gehouden. Tot een besloten vergadering
wordt overgegaan - en dan volgen de gevallen - a. als de voorzitter zulks
nodig acht; b. op verzoek van tenminste twee leden van de commissie; c. op
verzoek van het college van burgemeester en wethouders; d. op verzoek van
de opdrachtgever en/of van de ontwerper van een aan de orde komend plan".
Spreker meent dat uit de formulering zoals die hier staat volgt, dat als
de voorzitter bijvoorbeeld zulks nodig acht of als twee leden van de com-
missie het verzoeken, dat dan de vergadering gesloten wordt. Maar spreker
leest tot zijn verbazing aan het eind: "De vergadering beslist of over een
aan de orde zijnd plan in de besloten vergadering zal worden beraadslaagd".
Hij vindt dat niet geheel met elkaar in overeenstemming. Daarom verwachtte
hij een voorstel van het college om die laatste zin te schrappen.
De voorzitter schorst de vergadering te 21.17 uur en heropent deze te
21.30 uur.
De voorzitter deelt mede dat het college tot een wijziging is gekomen
van het oorspronkelijk toegezonden voorstel, hetgeen inhoudt dat artikel 7,
lid 5, komt te luiden als volgt: "5. De vergaderingen worden in het open-
baar gehouden. De deuren worden gesloten: a. als de voorzitter zulks nodig
acht; b. op verzoek van tenminste twee leden van de commissie; c. op ver-
