4e afd. 26 maart 1981 37
b. Eerstaanwezend-ingenieur der Genie.
Bij brief d.d. 21 december 1977 heeft de Eerstaanwezend-ingenieur der
Genie medegedeeld dat bij het onderhavige plangebied geen defensiebelan-
gen betrokken zijn.
cRijksconsu1ent voor Handelflmbacht en Diensten in de provincie Noord-
Hoiland.
Bij brief d.d. 20 februari 1978 heeft de Rijksconsulent voor HandelAm-
bacht en Diensten in de provincie Noord-Holland medegedeeld dat het ont-
werp-bestemmingsplan hem geen aanleiding geeft tot het maken van opmerkin-
gen.
d. Hoogheemraadschap van Rijniand.
Bij brief d.d. 2 februari 1978 hebben de dijkgraaf en hoogheemraden be-
richt dat het ontwerp-bestemmingsplan hen geen aanleiding geeft tot het ma-
ken van opmerkingen.
e. Inspekteur van de Ruimteiijke Ordening in Utrecht en Nocrd-Honand.
Bij brief d.d. 1 februari 1978 heeft de Inspekteur van de Ruimtelijke Or-
dening in Utrecht en Noord-Holland opgemerkt dat uit de toelichting niet
blijkt dat het ontwerp uitvoerbaar is. Hij verzoekt aanvuiling van de toe-
1ichting op dit punt. Voorts deelt de Inspekteur mede er vanuit te gaan
dat overleg is gevoerd met de Ccnsulent Natuurbehoud.
Een onderzoek naar de economische uitvoerbaarheid is niet ir.gesteld, daar
het hier een partikulier bouwplan betreft.
De Consulent Natuurbehoud is inderdaad in het overleg betrokken geweest.
f. Hoofdingenieur-direkteur van de Rijkswaterstaat, direktie Noord-Holland
Bij brief d.d. 6 februari 1978 heeft de Hoofdingenieur-direkteur van de
Rijkswaterstaat, direktie Noord-Hol1and het volgende medegedeeld.
"Bij het onderwerpelijke bestemmingsplan is een uitweg naar rijksv;eg 208
betrokken. Deze uitweg zou in feite het karakter van een openbare wegaan-
sluiting verkrijgen. Omtrent een verkeersveiiige oplossing zal overeenstem-
ming over de juiste vormgeving van deze aansluiting, eventueel in samenhang
met een reconstructie van de aansluiting van de Van Merienlaan en het vei
vallen van de uitweg van "Ipenrode", moeten bestaan.
Met betrekking tot dit laatste vraag ik mij af of de eiger.aren van het land
goed aan de gekozen oplossing, waarbij de bestaande uitweg in feite komt te