4e afd. 29 oktober 1981 116
2. De artikelen 22 t/m 29 zijn te dezen van overeenkomstige toepassing.
Titel VII.
Bepalingen ter bescherming van het. miiieu.
Artikel 35.
Het is verboden huishoudelijke afvalstoffen, grof huisvuil of andere af-
valstoffenwelke ter inzameling gereed staan, te doorzoeken of te ver-
wijdereri zonder daartoe gerechtigd te zijn.
Artikel 36.
1. Behoudens het bepaalde in of krachtens de Verordening bescherming bo-
dem- en grondwater Noord-Holland is het verboden stoffen op of in de
bodem te brengen of te houden op zodanige wijze dat daardoor hetmilieu
nadelig kan worden beîrivloed.
2. Het in het eerste lid omschreven verbod geldt nret voor door burgemees-
ter en wethouders aangewezen plaatsen voor daarbij door hen aangewezerr
stoffen.
3. Burgemeester en wethoude^s kunnen van het in het eerste lid omschreven
verbod ontheffing verlenen. Aan een ontheffing kunnen voorschriften
worden verbonden ter bescherming van het milieu.
Art'ikel 37.
1. Het is verooden binnen de bebouwde korn afvalstoffen op te slaan of op-
geslegen ta hebben.
2. Het in het eersf.e lid omschreven verbod geldt niet voor het overdragen
of ter inzameling aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen en grof
huisvuil aan de inzameldienst.
3. Het in het eerste lid omschreven verbod geldt evenmin voor door burge-
meester en wethouders aangewezen pîaatsen voor daarbij door hen aange-
wezer, stoffen.
4. Burgemeester en wethouders kunnen van het in het earste Ird omschreven
verbod ontheffing verlenen. Aan een ontheffing kunnen voorschriften wor-
den verbonden ter bescherming van het milieu.
Artikel 38.
Het is verboden de in artikel 36 genoemde stoffen, riiet zijnde gevaarlijke
stoffen in de zin van de Wet gevaarlijke stoffen, zodanig te vervoeren dat
de weg kan worden verontreinigd of het milieu nadelig kan worden beînvloed.
Titel VIII.
Ambtelijke bevoegdheden.
Artikei 39.
De door burgemeestei- en wethouders krachtens artikel 68, derde lid, van
de wet aangewezen ambtenaren kunnen door hen tevens worden belast met de
zorg voor de naleving van deze verorder.ing, voorzover zij niet strekt tot
uitvoering van de wet.
Artikel 40.
Zo dikwijls de zorg voor de nalevir.g van enig voorschrift van deze veror-
dening dit vereist, wordt hierbij aan hen die ingevolge artikel 41 met de
zorq voor de naleving daarvan zijn belast of daaraan moeten medewerken, de
-10-
