292
te verkiezen is boven inhoudeiijke bezuinioing?" Van met name het woordje
1ook" in de laatste zinsnede is spreker geneigd te zeggen dat de vraag
stellen is haar beantwoorden. De formulering geeft spreker verder nog wat
problemen, omdat men zich zou kunnen afvragen of de gekozen bewoording:
"dit te verkiezen is boven inhoudelijke bezuiniging"aanieiding zou kun-
nen geven tot de vraag of aantasting van het kwantitatieve niveau van het
onderwijs, het aantal scholen, geen inhoudeiijke aantasting, geen inhoude
lijke bezuiniging is. Spreker wil zich niet verliezen in een woordenspel,
maar hij wijst er in dit verband op dat in een dergeiijk geval de keuze
voor ouders om hun kinderen naar enige school te sturen toch minder zou
worden. Een deel van de piuriformiteit waar we in Heemstede altijd achter
hebben gestaan gaat verloren. Voorshands zou spreker willen begrijpen dat
door de heer Van der Hulst een signaal is gegeven en nog niet een konkret
stelling is geponeerd. Ware dat wel zo geweest dan zou men zich kunnen af
vragen of dat zich wel verdraagt met de procedures die wij op dit stuk ken
nen. Bepleiting van sluiten van scholen tijdens de begrotingsbehandeling
zou dan de vraag kunnen opwerpen of zulks niet beter zou kunnen passen
tijdens een voorjaarsbehandeling van deze heie problematiek, nadat een
heroverwegingsoperatie heeft plaats gehad en de raad dan inhoudeiijk op
het beleid in al zijn facetten kan ingaan, meer dan met name het belichte
van de financiële aspekten dat nu aan de orde is. Spreker begrijpt dat de
desbetreffende zinsneden van de heer Van der Hulst zijn ingegeven door gr
te zorg over de hele scholensituatie. Die zorg leeft ook bijhet college.
Maar het is ook juist om erop te wijzen dat er wel een filosofie bestaat'
ten aanzien van de scholensituatie. Die filosofie is ontwikkeld in de eer
ste scholennota en die filosofie staat nog recht overeind. Als er aanlei-
ding mocht zijn aan die filosofie te tornen of om te buigen dan zal daar
natuurljk over gesproken moeten worden. Te dien aanzien heeft het colieg
de volgende kriteria. In de eerste plaats signalen uit de raad, zoals dat
signaal nu alleen uit de richting van het C.D.A. komt. De tweede toetsste
vo°r het college is vanzelfsprekend ook weer de eigen taxatie van wat er
in de onderwijssituatie gebeurt bij een nog verdere daling van het aantal
leerlingen. Wanneer naar het oordeel van het college een bepaalde schooi
terecht zou komen onder een niveau dat marginaal toetsend niet meer of
niet meer in redelijkheid aanvaardbaar zou kunnen zijn, dan zou het col-
lege vanzelfsprekend daarop inspelen en met suggesties of voorsteilen ko-
men. De derde norm waaraan men kan denken is de situatie na de herover-
wegingsoperatie. Volledigheidshalve roept spreker nog eens in herinnering
dat het werk van de werkgroep heroverweging een autonome zaak is, de werk
groep komt zelfstandig tot bevindingen en tot suggesties. Zo is het de af
gelopen jaren ook gegaan. Men weet dus nog niet wat er deze keer begin
1983 zal uitrollen. Mocht ook voor de onderhavige sektor iets komen uit
de heroverweging dan zal dat aanleiding moeten geven zich verder te bera-
den. Wat betreft de culturele vorming voor de schooljeugd en met name
voor de jongste jeugd zegt spreker dat het college inderdaad bereid is
daarover mee te denken. Het college was enige tijd geleden nog niet ak-
koord met verruiming van de mogelijkheden in de zin zoals door de heer
Van der Hulst bedoeld, doch een week geieden - mede naar aanleiding van
een onderwijscommissieadvies - heeft het college op dit punt zijn visie
bijgesteld en zich ermee akkoord verklaard dat met behoud van het bestaan
de budget ook de culturele vorming zich thans kan uitstrekken over de
kleuters, wat dus betekent dat de deur is geopend voor het vinden van
aktiviteiten die ook appelleren bij de kleuters.
Spreker denkt dat allen het erover eens zijn dat de modernisering van het
personeelsbeleid, zoals dat in de afgelopen jaren gestalte heeft gekregen
25 november 1982