25 november 1982
fiat kan in die beraadslaging worden meeqenomen.
Het de uiteenzetting van mevrouw Bierman met betrekking tot de toekomstige
struktuur van onze drinkwatervoorziening kan spreker instemmen.
Inzake het profijtbeginsel zegt spreker dat of men nu spreekt ôver een in-
tentne of een doelstelling, alle door de raad geformuieerde beleidsinten-
tTes zullen voorzover ze al niet in de doelstellingennota waren opgenomen
daarin ook een plaats vinden. Dus als zodanig denkt hij dat het verschil
toch ook weer niet zo groot is.
Hij meent dat de benadering dat het profijtbeginsel het draagkrachtbeginsel
bepaald met hoeft uit te sluiten, juist is. De heer Borghouts heeft daar
n°g toegevoegd dat als men het draagkrachtbeginsel gaat toepassen dat
nog niet hoeft te betekenen dat men dan uitdrukkelijk bezig is met inkomens-
pohtiek. Spreker zou dat willen onderstrepen. Als mevrouw Bierman zegt
dat dat geen taak is voor de gemeente, dan heeft zij daar gelijk in. Maar
dat neemt niet weg dat men in het betaalbaar houden van voorzieningen
uiteraard toch, misschien ook beperkt, zo nu en dan wel met de draagkracht
rekemng kan houden, en zo gezien lijkt het toch de moeite waard die inten-
tie te handhaven.
Wat betreft de eenzame passage heeft mevrouw Bierman gelijk als zij zegt
dat ook voor kortingenop doeluitkeringen zou moeten gelden dat dan inte-
grale afweging plaatsvindt. Daar is spreker het mee eens.
De begrippen "rentmeesterschap""huisvaderschap" en vooral de kwalifi-
katie "goed" daaraan verbonden houden voor mevrouw Bierman in: eerst orde
OP zaken stellen. Op zich genomen is spreker het daar mee eens, maar hij
vraagt zich af of dat in een gegeven geval ook wel eens niet zou kunnen
betekenen dat als men daarmee bezig is men dan tot de ontdekkino komt dat
er bij de bestaande zaken dingen zijn die in het licht van eventuele nieuwe
zaken wel eens verdienden geschrapt te worden. Zo is in het verleden op een
gegeven ogenblik ook in het kader van de heroverweging besloten de funktie
kleuterhelpsters te schrappen. Dat was orde op zaken stellen, maar het
beteKende tegelijkertijd dat er ruimte was voor nieuw beleid. Wat zal in
de toekomst zonder twijfel nodig zijn Dat er orde op zaken wordt gesteld
în die zin teneinde in ieder geval ook ruimte te houden voor overig be-
staand beleid wat we niet kwijt willen, maar hopelijk ook voor enig nieuw
beleid, zeker als zou blijken dat dat nieuw beleid zeer nodig is, de Kerk-
bijvoorbeeld. Als de bus op de Kerklaan komt dan is het nodiq daar een
voorziemng te treffen.
Allen weten dat de mogelijkheid voor nieuw beleid op grote schaal in de toe+
komst in principe niet aanwezig is, maar daar wordt niet eens meer over
gesproken, er wordt gesproken over nieuw beieid van beperkte omvang.
Spreker betreurt dat mevrouw Bierman het niet eens is met de door hem ge-
geven benadering inzake de f 250.000,- en de informatie aan de burger over
onze financiële oositie. Hij blijft volhouden dat het weinig zin heeft naar
de burgers toe geluiden te laten horen dat het er verschrikkelijk somber
uitziet en dat men er maar op moet rekenen dat er voor de toekomst wat
boven het hoofd hangt, zonder dat men aangeeft wat er orecies aan de hand
is en wat er nrecies boven het hoofd gaat hangen. Wat moet men hieruit
onmaken Het gevaar is groot dat men misschien onnodiq vrees gaat koes-
teren voor een qeweldiqe ingreep in voorzieninqen on allerlei niveau's.
Dat heeft in snrekers ootiek geen zin omdat het college nog niet weet waar
het precies zal gaan snijden, want dat wil het immers tot een onderwerD
van goede afweging maken. Men moet het juiste seizoen aanoakken om de grond
te orepareren, inderdaad, maar dat seizoen is er voor spreker nu nog niet,
dat seizoen is er in 1983 wel en wel od het moment dat het college weet
in weike richting het zal gaan.