128
Procedure.
Artikel 3.
1. De raad stelt eenmaal in de vier jaar een plan vast.
2. Aan de vaststelling van het plan gaat een inventarisatie als be-
doeld in artikel 5 vooraf.
Artikel 4.
1. De raad stelt jaarlijks op basis van het plan, het programma vast.
2. Jaarlijks wordt bij de vaststelling van het programma bezien of en
in hoeverre het plan voor de resterende periode wijziging behoeft.
Hoofdstuk III. Inventarisatie.
Artikel 5.
1. Er wordt een ontwerp-inventarisatienota opgesteld door de commissie.
2. In deze nota wordt in ieder geval het volgende vermeld:
- de in de gemeente aanwezige voorzieningen en aktiviteiten en de in
de regio - voor de gemeente beschikbare - aanwezige voorzieningen
en aktiviteiten;
- een overzicht van demografische en planologische gegevens;
- een schets van de sociale situatie;
- een kwantitatieve en kwalitatieve analyse van het gebruik van de
bevolking en groepen daaruit van maatschappelijke dienstverlening;
- een globaal overzicht van de bij de bevolking levende wensen en
behoeften op het terrein van maatschappelijke dienstverlening
- een overzicht van beleidsdoeieinden van de gemeente.
3. De ontwerp-inventarisatienota ligt gedurende 1 maand ter visie op
verschillende plaatsen in de gemeente, waaronder het raadhuis.
4. Tijdens de periode van tervisielegging, organiseert de comniissie
tenminste één hoorzitting.
5. Van de periode van tervisielegging, bedoeld in lid 3 en van elkehoor-
zitting, bedoeld in het vorige lid wordt op verschillende plaatsen
melding gemaakt, benevens in de plaatselijke pers.
De in de ontwerp-inventarisatienota genoemde organisaties worden
daarvan schriftelijk in kennis gesteld.
6. Gedurende de periode van de tervisielegging wordt een ieder in de ge-
legenheid gesteld schriftelijk aan te geven welke gegevens naar zijn
oordeel niet, onjuist of onvolledig in de ontwerp-inventarisatienota
tot uitdrukking zijn gebracht.
7. De inventarisatienota wordt vastgesteld door de commissie, waarbij
wordt aangegeven of en zo ja, welke gevolgen de daartegen ingediende
schriftelijke reakties op de nota hebben gehad.
8. De inventarisatienota dient te zijn'vastgesteld uiterlijk 18 maanden
voordat de periode aanvangt, waarop het plan betrekking zal hebben.
Artikel 6.
De inventarisatienota wordt ter kennis gebracht van burgemeester en wet-
houders en de raad.
-4-
5e afd.
26 november 1982