De wenselijkheid van één of meer zware vertegenwoordiging van personen
met affiniteit met het sociaal-cultureel werk is naar onze mening ver-
minderd. De eerste ervaringen met het beleidsterrein sociaal-cultureel
v/erk zijn namelijk opgedaan en een eerste planningscyclus is afgerond.
Wij menen, dat een aantai ieden van 3 voldoende kan worden geacht.
Deze drie leden behoeven voorts niet bij voorbaat voor één of twee
werkvormen van het sociaal-culturele werk aangewezen te worden. Hun in-
breng zal betrekking kunnen hebben op het gehele sociaal-culturele werk.
Wel zal bij de aanbeveling voor benoeming rekening kunnen worden gehou-
den met de verschillen in ervaring en deskundigheid van de potentiële
ieden. Voorts bestaat er uiteraard de mogelijkheid om binnen de commis-
sie een bepaaide werkverdeling t.b.v. het sociaal-culturele werk te ma-
ken.
Gelet op het gestelde over de wenseiijkheid van een geîntegreerd beleid
voor ouderen, menen wij, dat twee leden uit de commissie planvoorberei-
ding specifiek welzijn in het bijzonder belast zullen moeten worden met
het bejaardenbeleid. Deze twee leden zouden desgewenst in samenwerking
met partikuliere organisaties bepaalde adviezen en nota's (zoals b.v.
de inventarisatie van voorzieningen en wensen) kunnen voorbereiden voor
behandeling in de commissie.
Wij menen, dat op die wijze een eerste impuls aan het bejaardenbeleid als
facetbeleid kan worden gegeven.
De samensteiling van de commissie wordt dan als volgt:
- wetnouder Weizijn en Maatschappelijke Zorg;
- voorzitter commissie;
- 3 leden, die affiniteit hebben met de sektor maatschappelijke dienstver-
lening, waarvan er 1 in het bijzonder wordt belast met de voorbereiding
van een geïntegreerd beleid voor ouderen;
- 3 leden, die affiniteit hebben met de sektor sociaal-cultureel werk,
waarvan er 1 in het bijzonder wordt belast met de voorbereiding van een
geïntegreerd beleid voor ouderen.
Ten aanzien van de procedure tot benoeming van de leden van de commissie
stellen wij de volgende procedure voor. Aan het representatief te achten
partikulier initiatief, werkzaam op het gebied van het sociaal-cultureel
werk en op het gebied van de maatschappelijke dienstverlening zai worden
gevraagd welke personen riaar hun mening moeten worden aanbevolen voor be-
noeming in de commissie. Daarnaast zal aan de thans zittende commissiele-
den worden gevraagd, wie voor herbenoeming voor het beleidsterrein so-
ciaal-cultureel werk in aanmerking wenst te komen.
Vervolgens zullen wij de raad een aanbeveling voor benoeming doen.
3.3. Aanvangstijdstip planning maatschappeiijke dienstveriening; zittings--
duur leden commissie p.sTw".
De commissie p.s.w. is momenteel bezig met de voorbereiding van het pro-
gramma voor het jaar 1983 t.b.v. het sociaal-cultureel werk. De commissie
zal het ontwerpprogramma eind novembér 1982 vervaardigd dienen te hebben.
Dit houdt in, dat de commissie in oude samenstelling haar werkzaamheden
m.b.t. het programma sociaal-cultureel werk voor 1983 niet zou kunnen af-
ronden. De commissie zou b.v. wel het voor-ontwerp-programma vepvaardi-
gen, terwijl zij zich niet (in oude samenstel1ing) behoeft bezig te hou-
den met de organisatie van de inspraak en de advisering over mogelijke
bezwaarschriften.
Wij achten dit onpraktisch. _12_
- 3 raadsleden;
