een rij aaneeneebouwde eengezinshuizen of een overdekl winkelcentrum. Om als afzonderlijk gebouw aangemerkt te kunnen worden, moeten die delen ech- ter uel aan bepaalde criteria voldoen. II enk voor Jt' tiicpiiwing In de \erordening wordt een aantalciiie^oriei'n vnn bouwwerken en pt'bouwen onderscheiden. De onderlinge relatie waarin deze categorieën, onderscheiden naar hun besieniminitot elkaar staan, is weergegeven in een schema (zie blz 28). Bij de begripsomschrijving van 'bbuwwerk' wordt het volgende opgemerkt. De Hoge Raad gaat in zijn arrest van 24 no\entber 1972 (Bouwrecht 1973, blz. 122), voor de bepaling van het begrip bouwwerk in de zin van de Woningwet, uit van de belangen die de Woningw et beoogt te dienen, en stelt voorts dat de begrips- omschrijving van bouwwerk in de bouwverordening de strekking heeft aan te ge\en. wat onder bouwwerk, ook in de zin van de Woningwet, moet worden begrepen. De Atdeline Rechtspraak van de Raad van State gaat in een uitspraak van 28 maart 1979 NG 1980. blz. S 96) voor de bepaling van het begrip bouwwerk uit \an het spraakcebruik en stelt dat de begripsomschrijving van bouwwerk zich niet erw ijdert van wat het spraakgebruik onder bouwwerk verstaat. In de jurisprudentie zijn onder meer de volgende objecten als bouwwerk aan- gemerkt: een wooncaravan (Hof Arnhem. 1968-05-07. Bouwrecht 1968, blz. 300); een vlaggemast (Pres. Rb. Assen. 1971-08-12. Bouwrecht 1971, blz. 551); een benzinepompinstallatie (HR 1971-11-24. Bouwrecht 1973, blz. 12); een zwembad Rg. Sneek. 1973-04-27, Bouwrecht 1973, blz. 436); een stacaravan (Afd. R.spr. 1979-03-28). Als richtsnoer valt uit deze jurisprudentie af le leiden dat de rnate van verwij- JerbiinrlieiJ een grote rol speelt. Een bouwwerk zal overigens in iedergeval uit boiiwiiniierinlen moeten zijn samengesteld. In verband met het begrip 'bouwwerk' mag wordengesteld, dat al of niet opeen ander bouw w erk aangebrachle reclames vaak zelf als bouwwerk kunnen wor- den aangemerkt. Als voorbeeld dienen zeer grote letters of afbeeldingen van meiaal. kunststof of ander materiaaldie tegen of op een gebouw of op de grond zi.jn geplaatst. De vraag ot een reclame op zichzelf een bouwwerk is, js van be- lang in verband met een regeling betrelïende het toezicht op reclames. In de wenken voor de toepassing bij artikel 34 wordt daar naderop ingegaan. De omschrijving van het begrip 'gebouw' komt overeen met die van de Wo- ningw et. Het begrip 'toegankelijk' in de omschrijving van gebouw omvat naar algemeen spraakgebruik tevens 'begaanbaar', in die zin dat personen in de ruimte kunnen staan en lopen. 0

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1983 | | pagina 32