4e afd.
31 iraart 1983
29c
o9
WIJZIGINGEN IN HET DEEL TOELICHTING
ARTIKEL 1
In de toelichtinii op hct ontstaan wordt. voorafgaande aan de alinea die begint
met 'De begripsomschrijving van vhichtn cp stemt geheel overeen meteen
alinea tussengevoegd. luidende:
Indien in de gemcente geen Bouwverordening Logiesgebouwen is vastgeste'.d.
moet onder meer mct het oog op de intcrpretatie van artikel 2S5 een omschrij-
ving van het begrip 'logiesgebouw' worden opgenomen in artike! 1en wel op de
plaats volgende op de begripsomschrijving voor 'liggende leiding' en Iuider.de:
logiesgebouw -een gebouw bestemd tot het verlenen van tiidelijke huisvesting
met gehele of gedeeltclijke verzorging. waartoe meer dan drie logieseenheden
behoren of waarvan de gezamenlijke oppcrvlakte van de logieseenheden 50 m:
of meer bedraagt;
ARTIKEL 7
Voorafgaande aan de bestaande u enk voor de toepassing wordt ingevoegd:
Lid Ionder a. Sedert de invoering van de Wet arob is een aanzien'ijke juris-
prudentie ontstaan ter zake van de toepasselijkheid van de (voorschriften van
de) bouwverordening.
Ecn goed beeld daarvan is weergegeven in Bouwrecht 19S0. pags. 752 e.v.
ARTIKEL 34
De bestaande wenken voor de toepassing onder 12 en 3 worden vemummerd
tot 2, 3 en 4, en daaraan voorafgaande wordt ingevoegd:
1. Jnrisdictie
Voor gebieden waarvoor een bestemmingsplan van kracht is, moet worden
aangcnomen dat dit artikel slcchts rechtskracht heeft voor zover het op grond
van het bcstemmingsplan toegelaten bouwvolume daardoor niet wordt ver-
kleind.
ARTIKEL 37
Voorafgaande aan de bestaande wenken voor de toepassing wordt ingevoegd:
Atgemeen. Voorgebieden waarvoor een bestemmingsplan van kracht is, moet
worden aangenomen dat dit artikel geen rechtskracht heeft.