4e afd.
26 januari 1984
3
III. te bepalen dat de hierboven genoemde werken en werkzaamheden
niet toelaatbaar zijn, indien daardoor, dan wel door de daar-
van, hetzij direkt, hetzij indirekt te verwachten gevolgen,
schade wordt toegebracht aan de landschappelijke, natuur-
wetenschappelijke of cultuurhistorische waarde van het ge-
bied, waarvoor dit voorbereidingsbesluit van kracht is.
HEEMSTEDE26 januari 1984.
De raad voornoemd
De secretaris
De voorzitter
- 6 -