lOa
5. De aan de ambtenaar volgens de in lid 1 bedoelde algemene
regelen toekomende vakantie wordt vermeerderd met twee werk-
dagen:
a, ten aanzien van ambtenaren, als bedoeld in artikel C4;
b. ten aanzien van ambtenaren, als bedoeld in artikel 11,
le lid, van de in artikel C1 genoemde verordening, voor-
zover de daargenoemde verplichting regelmatig en in be-
langrijke mate op de ambtenaar rust.
6. De aan de ambtenaar volgens de in lid 1 bedoelde algemene
regelen toekomende vakantie wordt vermeerderd met zoveel werk
dagen als er in het betreffende vakantiejaar feestdagen zijn
als bedoeld in artikel Dl, lid 5, die niet op een zaterdag of
zondag vallen:
a. ten aanzien van ambtenaren als bedoeld in artikel C4, werk
zaam volgens een rooster waarin mede de zaterdag en zondag
als dagen waarop arbeid wordt verricht zijn opgenomen;
b. ten aanzien van ambtenaren voor wier betrekking een daarme-
de naar het oordeel van burgemeester en wethouders gelijk
te stellen regeling der werktijden geldt.
7. De uitkomst van de met in achtneming van het bepaalde in de
leden 3 en 4 berekrnde duur van de vakantie wordt naar boven
afgerond op een hele werkdag.
8. In gevallen waarin dit artikel niet voorziet stellen burgemee
ter en wethouders bijzondere regelen vast.
Artikel D7 wordt gewijzigd als volgt:
1. De laatste volzin van lid 1 dient te luiden:
"De uitkomst van deze berekening wordt naar boven afgerond op
een hele werkdag".
2. Lid 4 wordt gelezen als volgt:
"4. Indien aan een ambtenaar op zijn verzoek vakantie wordt
verleend op werkdagen, waarop hij wegens ziekte slechts
gedurende een gedeelte daarvan zijn arbeid kan verrich-
ten, gelden deze werkdagen als volle vakantiedagenten-
zij het gezag dat de vakantie verleent in naar zijn oor-
deel daarvoor in aanmerking komende gevallen anders be-
slist". -5-
afd.
26 januari 1984
|J