4e afd.
23 februari 1984
BESCHIKBAARSTELLING BEDRAG PER LEERLING VOOR HET
OPENBAAR LAGER ONDERWIJS VOOR 1984.
16
Heemstede, 25 januari 1984.
Aan de raad,
Ingevolge artikel 55 bis van de Lager-onderwijswet 1920 dient jaarlijks
door de raad het bedrag te worden vastgesteld dat per leerling voor de
openbare lagere scholen beschikbaar wordt gesteld voor de bestrijding
van de materiële exploitatiekosten.
Gelet op het te verwachten aantal leerlingen op de openbare lagere scho-
len en de in de gemeentebegroting vermelde ramingen, kan het bedrag per
leerling voor 1984 worden vastgesteld op 577,53 exclusief administra-
tiekosten.
Hierbij merken wij voor de volledigheid op dat dit bedrag vermeerderd
met het bedrag voor administratiekosten - jaarlijks vastgesteld door de
staatssecretaris van onderwijs en wetenschappen - doorbetaald moet wor-
den aan het bijzonder onderwijs. Het bedrag voor administratiekosten
wordt voor 1984 geraamd op basis van het thans voorlopig vastgestelde
bedrag voor 1983, dit is f 38,75.
Bij de berekening van het bedrag per leerling hebben wij er rekening
meegehouden dat de posten:
- aankoop verkeersproeven;
- bijdrage in kosten verkeersproeven;
- aankoop sportmateriaal
- advertentie aanmeiding leeriingen en bijdrage boekje "Studiemogelijk-
heden na de lagere school";
door de scholen bekostigd moeten worden uit het leermiddelenbudget
(aanschaffen en onderhouden van schoolboeken, leermiddelen en schoolbe-
hoeften)ëén en ander conform uw beslissing van 25 november 1983.
Het bedrag per leerling is lager dan het bedrag in 1983 en lager dan
het bedrag geraamd in de begroting 1984. Dit verschil wordt o.m. ver-
oorzaakt door het feit dat bij de berekening van het bedrag de geraam-
de kosten 70.899,34) en het te verwachten aantal leerlingen (25)
-1-