4e afd.
29 maart 1984
38
gelet op de wenselijkheid om niet af te wijken van de regeling in Haarlem,
zijn wij van oordeel dat de bezwaren onvoldoende aanleiding vormen om van
ons voornemen af te zien.
Wij geven u dan ook in overweging tot aanpassing van artikel 125 te beslui-
ten. In verband met een onjuiste aanhaling van de lijst van vuurwerken,
als bedoeld in artikel 4, eerste lid onder f. van het Reglement Gevaarlijke
Stoffen (aangehaald als "bijlage III van het reglement"), verdient het aan-
beveling het artikel opnieuw vast te stellen.
Van deze gelegenheid maken wij gebruik om u voor te stellen de A.P.V. op
enkele andere punten te wijzigen.
Dit betreft in de eerste plaats artikel 57, waarin o.m. is verboden op of
aan de weg anders dan bij een demonstratie of optocht zonder een commer-
cieel doelal dan niet door middel van een geluidversterker tot het
publiek een toespraak te houden of een mededeling te doeneen spreekkoor
ten gehore te brengen, te zingen of muziek te maken.
In de commissie voor algemene bestuurszaken is gevraagd te bevorderen dat
het hierin opgenomen verbod tot het maken van "levende muziek" wordt ge-
schrapt. Wij hebben hiertegen geen bezwaren. Wel dient
o.i. de mogelijkheid te worden geopend dat de burgemeester voor alle ove-
rige vormen van muziek op of aan de weg bij openbaar bekend te maken be-
sluit nadere voorschriften geeft ter voorkoming van ernstige hinder voor
het verkeer en voor de omgeving.
Verder achten wij het raadzaam de in de artikelen 11, 12 en 13, betrekking
hebbend op het indienen van bezwaarschriften tegen besluiten van de burge-
meester en beroepschri ften tegen besluiten van ons college, te doen ver-
vallen.
De regeling inzake het indienen van bezwaarschriften bij de burgemeester
tegen een besluit waarbij hij een vergunning of ontheffing heeft geweigerd
etc., is overbodig geworden door de Wet administratieve rechtspraak over-
-2-
