30 mei 1984
138
Haar opmerking in de richting van het college om al het mogelijke te doen
om te voorkomen dat het ondanks bezuinigingen in deze sfeer een rommel
wordt, waren dan ook vooral gericht op maatregelen in de sfeer van voor-
lichting. 21j denkt dat het nuttig is voor mensen om te weten dat hun
straat of wijk, eens in de zoveel tijd, schoongemaakt wordt. Als het op
spreeksters stoep een reuze ronmel is en zij weet dat het nog drie maan-
den duurt voordat de gemeente langskomt, dan grijpt zij een bezem; als
zij dat niet weet dan laat zij het mogelijk liggen omdat zij denkt dat
het één dezer dagen wel gebeurt. In die sfeer moet men haar opmerkingen
begrijpen, naast algemene inspanningen die de gemeente zich zou kunnen
getroosten om het bewustzijn van mensen te stimuleren om met meer zorg
om te gaan met hun eigen woonomgeving.
Inzake haar checklist heeft zij niet zozeer namens haar fraktie er tegen-
strijdigheden in willen konstateren, maar willen aantonen dat het voor
haar niet gemakkelijk is om daar een filosofie in te ontdekken.
Eén van de punten die de portefeuillehouder heeft aangevoerd, namelijk
dat er vanaf het begin een sfeer van vergelijking was geweest, was juist
één van de zaken die haar brachten op de vraag of er eigenlijk sprake is
van een checklist. Zij heeft de voorbeelden genoemd van privatisering,
het onderhoud aan derden overlaten enzovoort, maar zij heeft zich bij-
voorbeeld afgevraagd naar aanleiding van de opmerking van de werkgroep
over de kosten verbonden aan Groenendaal, die plotseling tot haar grote
verbazing werden omgeslagen per hoofd van de bevolking 1n vergelijking
met andere gemeenten. Dat vond zij zo'n verassende manouvre dat zij
dacht dat men daar alleen maar toe kan komen als men stelselmatig elke
post vergelijkt met dergelijke soortgelijke kosten bij een andere gemeen-
te.
Wat de privatisering aangaat heeft de wethouder gesteld dat dat mee wordt
overwogen in zijn algemeenheid en dat men daar zeker geen wonderolie van
moet verwachten om ons uit de brand te helpen. Spreekster kan het college
in zoverre geruststellen dat zij ook zeker niet de bedoeling heeft gehad
de vlam in de pan te laten slaan. Zij zou graag duidelijke gegevens wil-
len ontvangen zodra er resultaten zijn van het experiment met het onder-
houd van de groenvoorziening door derden en zij vraagt zich ook af of
zij de cijfers betreffende privatisering van het ophalen van huisvuil ter
inzage zou kunnen krijgen.
De heer Borghouts heeft zich in kritische zin uitgelaten over de V.V.D.
die op jacht zou zijn en dat het kennelijk te liberaal zou zijn in Heem-
stede. Dat vindt haar fraktie wat vreemd voor iemand die als een soort
korte geloofsbelijdenis aan het begin van deze periode heeft benadrukt
dat het aktie-element steeds onderdeel van zijn politieke benadering zal
blijven uitmaken. Kennelijk is aktievoeren een alleen aan de heer Borg-
houts toekomend prerogatief en past het anderen minder.
Overigens is het kenmerkend voor de emotionele benadering van de heer
Borghouts; hij is razend en zegt aan het slot van zijn betoog: en dan nu
weer zakelijk. Hij beschouwt spreeksters opmerkingen als een jacht en dan
nog wel bedreven door een naïeve jager. Niets is minder waar.
Ten aanzien van de bibliotheek zou er sprake zijn van vage verhalen. Wie
zich bezighoudt met controversiële zaken moet kennelijk worden gekortwiekt,
zo verstaat de heer Borghouts haar fraktie. Pamfletten mogen niet worden
tentoongesteld, geschriften mogen niet worden verkocht, en dat ten aanzien
van iets waar de meerderheid van het volk, namelijk 52%, achter staat.
Nog afgezien van het feit welke waarde men aan dit vermeende percentage
moet toekennen, een percentage dat bovendien terugloopt, heeft de heer
Borghouts feitelijk ongelijk.