4e afd.
28 juni 1984
66
-12-
2. Onverminderd het bepaalde in lid 1 dient de som van één aantrede en twee
optreden ten minste 570 mm en ten hoogste 700 mm te bedragen.
3. Treden van vaste trappen van tot bewoning bestemde gebouwen moeten
zijn voorzien van een wel met afmetingen als vermeld in NEN 3509, uitgave
1983, onder 4.1.4.
4. Van andere dan vaste trappen in een tot bewoning bestemd gebouw, welke
trappen tot dat gebouw behoren, moet:
a. de vrije breedte ten minste 550 mm bedragen,
b. de aantrede ten minste 110 mm bedragen,
c. de optrede ten hoogste 210 mm bedragen.
ARTIKEL 92
Van artikel 92 wordt het opschrift vervangen door: 'Breedteen begaanbaarheid
van trappen van niet tot bewoning bestemde gebouwen'. De tekst wordt ver-
vangen door:
1Van vaste trappen van niet tot bewoning bestemde gebouwen moet in het
belang van een veilige begaanbaarheid:
a. de vrije breedte ten minste 600 mm bedragen,
b. de aantrede ten minste 210 mm bedragen,
c. de optrede ten hoogste 210 mm bedragen,
d. de breedte van de tredevlakken, gemeten loodrecht op de voorzijde
van de treden, ten minste 170 mm bedragen.
2. Onverminderd het bepaalde in lid 1 dient de som van één aantrede en twee
optreden ten minste 570 mm en ten hoogste 700 mm te bedragen.
3. Nadere eisen kunnen worden gesteld met betrekking tot de optrede en de
breedte van de tredevlakken van trappen van niet tot bewoning bestemde
gebouwen, in het belang van een goede begaanbaarheid voor minder-vali-
den, voor zover geen voorzieningen zijn getroffen met het oog op de toe-
gankelijkheid van het gebouw voor rolstoelgebruikers.
4. Vrijsiellinfkan worden verleend van het bepaalde in lid I voor trappen die
uitsluitend toegang geven tot niet voor het verblijf van mensen bestemde
ruimten.
ARTIKEL 94
In artikel 94 wordt in lid 3 de maat '0,10 m' vervangen door '50 mm' en in lid 5,
onder a, het woord 'klimlijn' door 'looplijn'.
ARTIKEL 95
Van artikel 95 wordl de aanhef van het eerste lid vervangen door:
