4e afd. 28 juni 1984 66 in een aantal gevallen slecht aansloten bij de systematiek van NEN 2883 en daardoor een optimale toepassing van modulaire coördinatie konden belemme- ren. In de genoemde serie wijzigingen zijn daarom de minimumbreedten en -hoog- ten van ruimten in woningen, zoals oorspronkelijk opgenomen in de bouwver- ordening, zo gewijzigd, dat er een afronding plaatsvindt op maten die passen in het systeem van NEN 2883, althans voor zover een en ander geen afbreuk doet aan de bewoonbaarheid. De verwijdering uit de bouwverordening van de belemmeringen voor een opti- male toepassing van modulaire coördinatie in de woningbouw is niet compleet. Wijzigingen in artikel 72, lid 1 (minimumbreedte kleinste slaapkamer), voorar- tikel 72, lid 5 (minimumbreedte ouderslaapkamer) en voor artikel 73, lid 2 (mi- nimumbreedte keuken) zijn niet doorgevoerd. NEN 2883 bevat met het oog daarop de zogenaamde regel voor afwijkingen nr. 7.1. A. ARTIKEL 1 Aan de loelichling op hel ontstaan van lid I wordt aan het slot de volgende ali- nea toegevoegd: Het begrip wooneenheid is ingevoerd om deze woongelegenheid te kunnen on- derscheiden van een woning. Woningen zijn bestemd voor zelfstandige bewo- ning, dat wil zeggen dat de bewoner in zijn eigen woning over de nodige voor- zieningen dient te beschikken om alle activiteiten te kunnen verrichten die tot het wonen behoren. Wooneenheden zijn daarentegen niet bedoeld voor (geheel) zelfstandige bewo- ning. In het algemeen zal het criterium voor zelfstandige bewoning zijn gelegen in de mogelijkheid zelf warme maaltijden te bereiden. Wooneenheden beschikken niet over een keuken bestemd voor het bereiden van warme maaltijden. In de wenk voor de loepassing wordt de alinea op blz. 28, die begint met 'Uit de begripsomschrijving van 'tot bewoning bestemd gebouw' volgt datvervangen door: Uit de begripsomschrijving van 'lot hewoning beslemdgehouw' volgt dat onder dit begrip gebouwen (of gedeelten van gebouwen) vallen die uitsluitend be- stemd zijn voor: a. 1. de permanente huisvesting van gezinnen of daarmee gelijk te stellen groepen van personen die geen gebruik behoeven te maken van gemeen- schappelijke voorzieningen, omdat hun woongelegenheid volledig is uit- gerust. Dit zijn dus eengezinsltnizen, al dan niet vrijstaand, woningen in meergezinshuizen e.d -46-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1984 | | pagina 183